Verdrag tegen foltering
Het Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing, vaak eenvoudigweg het “Verdrag tegen Foltering” genoemd, is een internationaal verdrag van de Verenigde Naties dat tot doel heeft foltering en andere vormen van wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing over de hele wereld te voorkomen en te bestrijden.
Enkele kernpunten over het verdrag:
- Definitie: Het verdrag definieert foltering als elke handeling waardoor opzettelijk hevige pijn of lijden, hetzij lichamelijk hetzij geestelijk, wordt toegebracht aan een persoon:
- om van hem of een derde informatie of een bekentenis te verkrijgen,
- om hem te straffen voor een handeling die hij of een derde heeft gepleegd of waarvan hij wordt verdacht, of
- om hem of een derde te intimideren of te dwingen, of
- om enige reden die gebaseerd is op enige vorm van discriminatie.
- Verbod op foltering: Het verdrag stelt dat geen enkele uitzonderlijke omstandigheid, waaronder oorlog, binnenlandse politieke instabiliteit of enige andere openbare noodsituatie, kan worden aangevoerd als rechtvaardiging voor foltering. Ook kan het bevel van een hogere ambtenaar of openbare autoriteit niet als rechtvaardiging voor foltering worden gebruikt.
- Uitlevering en uitzetting: Het verdrag bepaalt dat staten geen personen mogen uitleveren of uitzetten naar een andere staat waar er substantiële gronden zijn om aan te nemen dat die persoon het risico loopt te worden gefolterd.
- Toezicht: Het verdrag stelt het Comité tegen Foltering in, een orgaan van onafhankelijke deskundigen dat toezicht houdt op de naleving van het verdrag door de verdragsluitende staten.
- Rapportage: Verdragsluitende staten zijn verplicht regelmatig verslag uit te brengen over de maatregelen die zij hebben genomen om het verdrag na te leven. Het Comité beoordeelt deze rapporten en doet aanbevelingen.
Het Verdrag tegen Foltering werd op 10 december 1984 door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties aangenomen en trad in werking op 26 juni 1987. Het heeft sindsdien een breed draagvlak gekregen, met veel landen die partij zijn bij het verdrag en zich ertoe verbinden de bepalingen ervan na te leven en te bevorderen.
« Terug naar de woordenlijst