MISVATTINGEN#169Jonge artsen

  1. Overleg met jongere artsen leidt niet automatisch tot het beëindigen van mensenrechtenschendingen bij intersekse kinderen, omdat verouderde inzichten en praktijken worden doorgegeven in de medische opleiding.
  2. Veel artsen beschouwen intersekse als een te repareren defect en pleiten voor behandelingen zonder de toestemming van het kind.
  3. De machtsverhouding tussen ervaren gezondheidswerkers en leerlingen maakt het moeilijk om verandering te brengen in verouderde praktijken.
  4. Wetgeving is noodzakelijk om deze keten van verouderde inzichten te doorbreken en artsen indien nodig strafrechtelijk aan te spreken.
  5. De afgelopen 70 jaar heeft aangetoond dat verandering op andere manieren niet tot stand komt.


Samengevat met AI en gecontroleerd door een redacteur.

HOOFDSTUK 169

Jongere artsen zijn niet per definitie tegen nnmb’s; Wettelijke Regulering is daarom noodzakelijk

Wie verwacht dat overleg met jongere artsen leidt tot de beëindigen van de mensenrechtenschendingen komt bedrogen uit. Daarom is druk van uit de wetgever ook voor de nieuwe generatie gezondheidswerkers noodzakelijk.

Jonge artsen leren van oude artsen

Veel artsen, vooral urologen, zien intersekse als een te repareren defect[4 , 5 , 10 , 13]. Als zij over ‘consent’ spreken, bedoelen zij proxy consent gegeven door de ouders – iets dat bij nnmb’s door tal van instanties als ontoereikend wordt gezien 7474: Alleen het kind zelf kan toestemming geven voor een geslachtsbevestigende behandeling.Het is een misvatting dat nnmb’s toegestaan zijn als de ouders toestemming geven., 134134: Ouders die proxy consent geven voor nnmb’s schenden straffeloos de rechten van hun kind.Het is een misvatting dat ouders toestemming kunnen geven voor uitstelbare medische behandelingen.. In de ideeën van artsen is moeilijk verandering te brengen [9].

Dat betekent dat de opleiding weinig verandert omdat a) ervaren gezondheidswerkers toekomstige collega’s opleiden in een omgeving waarin verouderde en onjuiste inzichten van de mentor via het “hidden curiculum” 1Hidden curriculum, of verborgen leerplan, is gedefinieerd als “Het geheel van invloeden die functioneren op het niveau van organisatiestructuur en cultuur, waaronder bijvoorbeeld impliciete regels om de instelling te overleven, zoals gewoonten, rituelen en vanzelfsprekendheden.”[8]. Het artikel waar deze definitie van is overgenomen is uitermate kritisch over de rol die het hidden curiculum speelt in de opleiding van jonge gezondheidswerkers. Het Nederlands tijdschrift voor Geneeskunde vatte het effect samen met: “Opvallend was dat studenten vaak vernederd werden. Veel incidenten gebeurden met name in de klinische stages en ten overstaan van patiënten. Studenten voelen zich daardoor onzeker en geven zichzelf de schuld van het gebeurde. Tenslotte ervaarden de studenten dat geneeskunde (leren) vooral een kwestie was van competitie en minder van coöperatie. Een belangrijke vaardigheid is ‘in een goed blaadje komen’ bij je meerdere om je te vergewissen van een baan voor de toekomst.”. Minder kritische publicaties over dit onderwerp spreken over ‘socialisatie van de student’. Zowel verborgen curriculum als socialisatie zijn begrippen die voortkomen uit het werk van de Franse socioloog en cultuurtheoreticus Pierre Bourdieu over culturele reproductie[1]. aan de arts in opleiding worden doorgegeven[2] en b) de ervaren gezondheidswerker als rolmodel fungeert voor de minder ervaren gezondheidswerker.2Een anekdotisch, maar treffend, voorbeeld van de halsstarrige en steeds herhaalde overlevering van verouderde inzichten van leermeesters aan een nieuwe generatie is aderlating. Daarover zegt een artikel uit 1995: “Dat aderlaten zo lang overleefde is geen intellectuele anomalie – het was het resultaat van de dynamische interactie van sociale, economische en intellectuele druk, een proces dat nog steeds de medische praktijk bepaalt. Aderlating domineerde de therapeutiek omdat het succes ervan bewezen was door klinische ervaring, het voldeed aan de verwachtingen van patiënten en artsen en het werd ondersteund door de medische theorie en traditionele autoriteit. [7].  Met andere woorden: artsen in opleiding doen precies wat oudere artsen zeggen en dat is niet altijd verstandig.  Dat laatste is minder gunstig dan het klinkt omdat de machtsverhouding regelmatig misbruikt wordt door ervaren gezondheidswerker[8 , 11]. Het gedrag van ouders die zich tegen de visie van de arts verzetten, wordt bewust of onbewust door de ervaren gezondheidswerker als ‘slecht proxy-schap’ gezien en dit wordt, opnieuw bewust of onbewust’, overgedragen op de minderervaren gezondheidswerkers[12].

Al was het maar om zelf te overleven zal de leerling de visie van het ‘rol-model’-overnemen.3Dat mensen het respecteren of juist overtreden van normen van anderen overnemen is algemeen menselijk gedrag en geldt niet alleen voor gezondheidswerkers. In een klassiek experiment is onderzocht hoe mensen reageerden als in een parkeergarage een flyer onder de ruitenwisser van hun auto was gestoken; in een schone garage ruimden de mensen over het algemeen de flyer na lezing netjes op, terwijl in een garage met zwerfvuil, waar al flyers op de grond lagen en zelfs zichtbaar voor de proefpersonen een flyer op de grond werd gegooid, de flyer vaaker op de grond werd gegooid als de [3]. Nederlandse onderzoekers toonden in vergelijkbare experimenten aan dat normen vaker worden overtreden als anderen dat in de omgeving eerder hebben gedaan [6].  Goed voorbeeld doet goed volgen, maar slechte voorbeelden worden ook gevolgd. Artsen in opleiding zullen daarom niet snel, en hooguit in geringe mate, afwijken van de visie van hun mentor.

Om die keten te doorbreken is Wettelijke Regulering noodzakelijk en moeten artsen zo nodig strafrechtelijk worden aangesproken op hun gedrag.4 Dit betekent dat een arts zijn bevoegdheden kan worden ontnomen en in het uiterste geval een gevangenisstraf kan worden opgelegd, net zoals leraren en sporttrainers die zich ernstig misdragen tegenover kinderen ook kunnen worden gestraft. De afgelopen 70 jaar heeft laten zien dat de keten niet op een andere manier te doorbreken is.

Standpunt NNID

Overleg met jongere artsen leidt te langzaam tot het beëindigen van de mensenrechtenschendingen; druk van uit de wetgever is daarom noodzakelijk

Jongere artsen schuiven langzaam op naar een mensenrechten­-standpunt. Die verschuiving gaat zo langzaam dat het onacceptabel is om nog eens twintig jaar, of langer, te wachten terwijl artsen doorgaan met het uitvoeren van nnmb’s.

Wat mensen zeggen


  • Nog geen citaat
    He, wat jammer! Voor dit hoofdstuk hebben we geen passend citaat gevonden. We zoeken nog steeds deelnemers voor ons oral history-project Seksediversiteit in Nederland en Vlaanderen. Neem contact op met Miriam van der Have (info@nnid.nl) als je je verhaal wil delen. Misschien komt hier dan een citaat van jou te staan.[a]
    — NNID – 2023
  1. Helaasdit hoofdstuk bevat nog geen citaten uit de praktijk.

Letterlijk citaat mensenrechtenparadigma
Letterlijk citaat Medisch paradigma
Uitspraak/aanbeveling/citaat mensenrechten institutie of – authoriteit
Citaat van boek  of (peer-reviewed) artikel, niet aan één auteur toe te wijzen,
ongeacht het paradigma
  1. Bourdieu P, Passeron J-C. Reproduction in Education, Society and Culture. Theory, Culture & Society, Featherstone M, reeksredactie. London, UK: Sage Publications; 1990 (1977). ISBN: 0-8039-8320-4
  2. Braschi E, Stacey D, Légaré F, Grad R, Archibald D. Evidence-based medicine, shared decision making and the hidden curriculum: a qualitative content analysis. Perspectives on Medical Education. 2020;9(3):173-180. https://doi.org/10.1007/s40037-020-00578-0
  3. Cialdini RB, Reno RR, Kallgren CA. A focus theory of normative conduct: Recycling the concept of norms to reduce littering in public places. Journal of Personality and Social Psychology. 1990;58(6):1015-1026. https://doi.org/10.1037/0022-3514.58.6.1015
  4. Hulshof A. Kinderen met een onduidelijk geslacht: soms is vroeg opereren beter dan niets doen: Interview Kinderuroloog Barbara Kortmann, Trouw Amsterdam, Nederland2021 [bewerkt 24 februari 2021; geraadpleegd 26 maart 2021 2021]. 24 februari 2021. URL: https://www.trouw.nl/zorg/kinderen-met-een-onduidelijk-geslacht-soms-is-vroeg-opereren-beter-dan-niets-doen~b5f57d61/.
  5. de Jong TPVM, Salvatore C. Achterhaalde misstanden. De Volkskrant. 6 juni 2015, Pagina 21 Sect. Opinie en Debat, Rubriek U.
  6. Keizer K, Lindenberg S, Steg L. The Spreading of Disorder. Science. 2008;322(5908):1681-1685. https://doi.org/10.1126/science.1161405
  7. Kerridge IH, Lowe M. Bloodletting: the story of a therapeutic technique. Medical Journal of Australia. 1995;163(11-12):631-633. https://doi.org/10.5694/j.1326-5377.1995.tb124775.x
  8. Lempp H, Seale C. The hidden curriculum in undergraduate medical education: qualitative study of medical students’ perceptions of teaching. Bmj. 2004;329(7469):770-773. https://doi.org/10.1136/bmj.329.7469.770
  9. Liao L-M, Hegarty P, Creighton S, Lundberg T, Roen K. Clitoral surgery on minors: an interview study with clinical experts of differences of sex development. BMJ open. 2019;9(6):e025821. https://doi.org/10.1136/bmjopen-2018-025821
  10. Mouriquand P, Caldamone A, Malone P, Frank JD, Hoebeke P. The ESPU/SPU standpoint on the surgical management of Disorders of Sex Development (DSD). J Pediatr Urol. 2014;10(1):8-10. https://doi.org/10.1016/j.jpurol.2013.10.023
  11. Torralba KD, Jose D, Byrne J. Psychological safety, the hidden curriculum, and ambiguity in medicine. Clinical Rheumatology. 2020;39(3):667-671. https://doi.org/10.1007/s10067-019-04889-4
  12. Waltz M, Cadigan RJ, Joyner B, Ossman P, Davis A. Perils of the Hidden Curriculum: Emotional Labor and “Bad” Pediatric Proxies. Journal of Clinical Ethics. 2019;30(2):154-162.
  13. Wolffenbuttel KP, Hoebeke P. Open letter to the Council of Europe. J Pediatr Urol. 2018;14(1):4-5. https://doi.org/10.1016/j.jpurol.2018.02.004