HOOFDSTUK 157
De Wettelijke Regulering is om tal van redenen noodzakelijk
De Wettelijke Regulering is noodzakelijk om intersekse mensen de kans te bieden zichzelf te zijn en om aan het internationaal recht te voldoen. Bovendien is het ongeloofwaardig als Nederland internationaal meisjesbesnijdenis bestrijdt, maar nnmb’s toestaat.
Het recht jezelf te mogen zijn
Intersekse gaat niet over wetgeving tegen nnmb’s, het gaat niet over ‘slechte’ artsen, het gaat niet om speciale rechten voor een kleine groep mensen. Intersekse gaat over het recht jezelf te mogen zijn – dat is een recht dat voor iedereen geldt. Of zou moeten gelden. Anders dan sommige mensen denken is de strijd voor intersekse rechten geen strijd tegen artsen. Artsen zijn in zekere zin ook slachtoffers van een intolerante maatschappij, maar als zij niet in de gaten hebben dat de maatschappij verandert en zij toch doorgaan met nnmb’s, zijn zij eenduidig daders.1De VN-Hogecommissaris voor de Mensenrechten sprak in dit verband over mensenrechtenschendingen die “zelden [worden] besproken en nog minder vaak onderzocht of vervolgd. Het resultaat is straffeloosheid voor de daders, een gebrek aan rechtsmiddelen voor de slachtoffers en een voortdurende cyclus van onwetendheid en misbruik.” [1]
Voor intersekse mensen, hun ouders en artsen is de Wettelijke Regulering dringend noodzakelijk omdat:
- 70 jaar lang de rechten van kinderen zijn geschonden (zie voetnoot 234 op pagina 75 2 Voetnoot 234 op pagina 75: In zijn (niet openbaar toegankelijke) proefschrift uit 1952 stelt John Money op basis van een groep van 184 personen “Zelfs de twijfelgevallen buiten beschouwing gelaten […] is 8% een opmerkelijk lage incidentie van psychopathologie in een groep die zo kwetsbaar is voor de spanningen en problemen van het leven in een paradox. Slechts 1 op de 180 personen vertoonde psychotische symptomen die konden worden toegeschreven aan het ambi-seksuele conflict.”. [p.197] In een voetnoot op pagina 188 geeft Money aan dat er geen overtuigend bewijs is dat de ‘psychological adjustment’ van de 284 in het proefschrift beschreven cases mogelijk een te positiefbeeld schetsen van ‘hermafrodieten’ in het algemeen; volgens Money is eerder het tegenovergestelde het geval: “Het feit dat de steekproef waarschijnlijk bevooroordeeld is ten gunste van de meest dramatische en merkwaardige anatomische en psychologische ambiguïteiten is in feite in het voordeel van de conclusies die in dit hoofdstuk worden gepresenteerd.”[3] Eenzelfde verbazing sprak Money samen met Joan en John Hampson, in 1957 later opnieuw uit in een artikel dat wel gepubliceerd is[4]. Slechts twee jaar later schreven een aantal Canadese artsen met een beroep op warrig ‘wiskundig bewijs’ dat Money en de Hampsons geen gelijk konden hebben gehad want zij hadden bij 17(!) intersekse personen slechts vier personen zonder psychiatrische ziekten gevonden[1] – ziekten die echter niet bij naam worden genoemd, en die bij lezing met de kennis van vandaag eerder een verband lijken te hebben met de visie van de auteurs op gender dan met intersekse. Omdat het niet in hun visie op gender paste, zagen Cappon et al. veel waarover zij zich verbaasden ten onrechte als een psychiatrisch probleem. Maar de trend was in gang gezet: blijkbaar moest intersekse voortaan gepaard gaan met psychiatrische problemen. In het dsd-LIFE onderzoek werden psychiatrische stoornissen gemeld bij 54,2% van de personen met DSD (tegen 10,6% in de controlegroep) en pogingen tot zelfdoding bij 6,8% van de personen met DSD (tegen 1,8% in de controlegroep) [2].) op institutionele schaal 155155: In Nederland worden de rechten van intersekse kinderen systemisch en institutioneel geschonden.Het is een misvatting dat in Nederland geen sprake is van institutionele mensenrechtenschendingen. zonder dat iemand heeft ingegrepen 145145: Het Nederlandse rechtsstelsel biedt in de praktijk niet of nauwelijks de gelegenheid een klacht over nnmb’s in te dienen.Het is een misvatting dat bij de IGJ geen klachten over nnmb’s bekend zijn (en dat het rechtsstelsel verschillende wegen biedt om een klacht in te dienen).,
- 20 jaar overleg met artsen niet heeft geleid tot een stop op nnmb’s 169169: Overleg met jongere artsen leidt te langzaam tot het beëindigen van de mensenrechtenschendingen.Het is een misvatting dat jonge artsen heel anders tegen nnmb’s aankijken., 171171: Overleg over nnmb’s met gezondheidswerkers is bewezen ineffectief gebleken.Het is een misvatting dat overleg beter werkt dan de Wettelijke Regulering.,
- niet te verwachten is dat een vrijwillige en niet afdwingbare richtlijn een einde kan maken aan nnmb’s 159159: Zelfregulering van gezondheidswerkers via medische richtlijnen voor nnmb’s is bewezen ineffectief.Het is een misvatting dat een richtlijn de Wettelijke Regulering overbodig maakt.,
- kinderen zelf geen klacht kunnen indienen omdat ze nog niet handelingsbekwaam zijn 145145: Het Nederlandse rechtsstelsel biedt in de praktijk niet of nauwelijks de gelegenheid een klacht over nnmb’s in te dienen.Het is een misvatting dat bij de IGJ geen klachten over nnmb’s bekend zijn (en dat het rechtsstelsel verschillende wegen biedt om een klacht in te dienen).,
- volwassenen geen klacht kunnen indienen omdat de termijn voor het indienen van een klacht al lang is overschreden 145145: Het Nederlandse rechtsstelsel biedt in de praktijk niet of nauwelijks de gelegenheid een klacht over nnmb’s in te dienen.Het is een misvatting dat bij de IGJ geen klachten over nnmb’s bekend zijn (en dat het rechtsstelsel verschillende wegen biedt om een klacht in te dienen).,
- het VN-verdragscomité van het Verdrag tegen Foltering, een door Nederland geratificeerd verdrag, in 2018 heeft aangegeven dat Nederland de nodige wetgevende, administratieve en andere maatregelen moet nemen om de eerbiediging van de lichamelijke integriteit en de autonomie van intersekse personen te waarborgen, en ervoor te zorgen dat niemand tijdens zijn of haar kinderjaren wordt onderworpen aan niet-urgente medische of chirurgische procedures die bedoeld zijn om het geslacht van het kind vast te leggen zonder zijn of haar geïnformeerde toestemming 147147: Er zijn goede redenen om nnmb’s wettelijk te reguleren.Het is een misvatting dat er geen specifieke reden is om nu tot regulering van nnmb’s te komen..
Voor Nederland is de Wettelijke Regulering noodzakelijke omdat is het ongeloofwaardig is als Nederland internationaal meisjesbesnijdenis bestrijdt, maar nnmb’s toestaat.
Deze redenen maken dat de Wettelijke Regulering niet kan worden afgedaan als gebaar van goede wil vanuit de wetgever naar de interseksegemeenschap – er is een dwingende noodzaak die voortkomt uit het internationale recht en er is geen manier om het doel op een andere manier te bereiken (subsidiariteit).
Standpunt NNID
Zonder de Wettelijke Regulering schendt Nederland het internationaal recht
Een Wettelijke Regulering, inclusief de erkenning dat met nnmb’s mensenrechten worden geschonden, is noodzakelijk. Als dat niet gebeurt, ondermijnt Nederland het internationaal recht en wordt het voor Nederland lastig zich internationaal nog in te zetten tegen meisjesbesnijdenis (zie 139139: Nnmb’s zijn de westerse variant van meisjesbesnijdenis.Het is een misvatting dat nnmb’s niets te maken hebben met meisjesbesnijdenis of jongensbesnijdenis.) en andere mensenrechtenschendingen.
Wat mensen zeggen
Geen overtuigend bewijs
Geen overtuigend bewijs lijkt erop te wijzen dat de bevindingen van deze studie met betrekking tot de pychoseksuele oriëntatie en de psychologische aanpassing van hermafrodieten verdacht zouden moeten zijn op grond van het feit dat de 248 verzamelde gevallen niet redelijk typerend zijn voor hermafrodieten in het algemeen. Het feit dat de steekproef waarschijnlijk bevooroordeeld is in het voordeel van de meest dramatische en merkwaardige anatomische en fysiologische ambiguïteiten is eigenlijk in het voordeel van de conclusies die in dit hoofdstuk gepresenteerd zullen worden. De mogelijkheid dat hermafrodieten met psychose niet zo vaak werden gerapporteerd als die zonder psychose kan niet absoluut worden weerlegd, maar opnieuw is er geen overtuigend bewijs dat dit zo was. Integendeel, het is waarschijnlijk dat het samenvallen van psychose en hermafroditisme zeer waarschijnlijk gepubliceerd zou worden; en geen van de vier gevallen die in psychiatrische publicaties gerapporteerd werden, had een psychose of neurose.[a]
— John Money – 1952
Een punt is duidelijk
Maar één punt is duidelijk, namelijk dat neurotische stoornissen geen noodzakelijke bijkomstigheid zijn van de ambiseksuele lichaamsmorfologie, ook al hebben psychoseksuele onzekerheid en conflicten alle reden om te bestaan en worden ze vaak waargenomen. Dus de toeschrijving van neurose aan psychoseksuele conflicten, zonder verdere aanpassing, is niet verdedigbaar.[b]
— John Money – 1952
Onthutsend
De bevindingen zijn enigszins onthutsend, want men zou niet verbaasd zijn geweest als de paradox van hermafroditisme een vruchtbare bron van psychose en neurose was geweest. Het bewijs toont echter aan dat de incidentie van de zogenaamde functionele psychoses bij de meest ambiseksuele van de hermaforodieten -bij degenen die er niets aan konden doen dat ze zich bewust waren van het feit dat ze seksueel dubbelzinnig waren- buitengewoon laag was. De incidentie van neurotische psychopathologie van de klassieke types, voldoende ernstig en invaliderend om onmiskenbaar te zijn, was ook opvallend laag.[c]
— John Money – 1952
Minder kans op psychopathologie?
Om dit hermafroditische bewijs in verband te brengen met theorieën over psychopathologie bij anatomisch normale mensen, moet men aannemen dat hermafrodieten en anatomisch normale individuen in alle opzichten vergelijkbaar zijn, behalve de genitale afwijking en de afgeleide manifestaties.
Het zou dan logisch zijn om aan te nemen dat hermafrodieten, die onderworpen zijn aan een duidelijke bron van seksueel conflict, meer kans lopen om psychisch van streek te raken en symptomen van psychopathologie te ontwikkelen. Aangezien de bevindingen deze veronderstelling niet ondersteunen, zou men het omgekeerde kunnen veronderstellen, namelijk dat hermafrodieten minder kans hebben dan normale individuen om symptomen van psychopathologie te ontwikkelen, omdat hun seksuele conflicten – en de casuïstiek laat er geen twijfel over bestaan dat ze die hadden – gemakkelijker te hanteren zijn, omdat ze tastbaarder zijn.[d]
— John Money – 1952
Bijna 70 jaar later…
Psychiatrische stoornissen werden gerapporteerd bij 45,2% en suïcidepogingen bij 6,8% van alle personen met DSD en er waren meer mannen dan vrouwen bij betrokken. […] Het hoge percentage van suïcidepogingen is zeer zorgwekkend. Bovendien gaven sommige personen (3,9%) er de voorkeur aan deze vraag niet te beantwoorden, wat er voor sommigen op kan duiden dat ze eerder een suïcidepoging hadden ondernomen maar dit niet bekend wilden maken of dat ze suïcidale gedachten hadden gehad. Zelfmoord en suïcidepogingen zijn nauwelijks eerder onderzocht bij DSD.[e]
— Europees onderzoek onder 1040 DSD-patiënten – 2018