HOOFDSTUK 150
Mensenrechten zijn vastgelegd in de Nederlandse wetgeving, maar…
De rechter mag bestaande wetgeving niet toetsen aan de Nederlandse grondwet. In de grondwet staan tal van mensenrechten, maar het is de taak van de wetgever (kabinet, Tweede Kamer en Eerste Kamer) om ervoor te zorgen dat nieuwe wetten voldoen aan de grondwet. Er moet dus een beroep worden gedaan op een ‘gewone’ wet waarmee een indirect beroep op artikelen uit de grondwet kan worden gedaan. Maar de rechter mag Nederlandse wetten wel toetsen aan het internationaal recht.
Mensenrechten staan in wetten
Mensenrechten zijn wel degelijk in wetgeving vastgelegd. In de grondwet staan een aantal artikelen die zondermeer gebaseerd zijn op mensenrechten. Artikel 1 alsook de artikelen 10 en 11 van de grondwet zijn aan te voeren als reden waarom nnmb’s wettelijk gereguleerd moeten worden.1In Nederland kan wetgeving (nog) niet worden getoetst aan de grondwet. De Staatscommissie parlementair stelsel heeft in 2018 voorstellen gedaan om dit wel mogelijk te maken[6]. In juli 2022 schreven de ministers Bruins Slot (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) en Weerwind (minister voor Rechtsbescherming) in een brief aan de Tweede Kamer dat het kabinet een beperkte toetsing mogelijk wil maken volgens een model waarin gespreide toetsing mogelijk is – dat wil zeggen: door alle rechters – van wetten die in werking zijn getreden (rechterlijke toetsing ex post) aan een aantal met name genoemde bepalingen van de Grondwet (vrijheidsrechten), waarbij de rechter in een bindend rechterlijk oordeel de wet of wetsbepaling buiten toepassing kan laten wegens strijd met de Grondwet; dat hoeft niet te betekenen dat dit voor iedere denkbare toepassing van de wet(sbepaling) geldt, maar dat is ook niet uitgesloten; zo kan de rechter vaststellen dat welke toepassing dan ook onverenigbaar is met de Grondwet; overigens laat dit onverlet dat de rechter evenals bij verdragstoetsing (verdragsconform) kan besluiten tot een grondwetsconforme interpretatie; ook kan hij besluiten om, wanneer meerdere juridisch verdedigbare oplossingen zich aandienen, de keuze daaruit aan de wetgever te laten op grond van een afwegingen waarin ook andere belangen – zoals maatschappelijke, politieke of financiële belangen – worden meegewogen[2]. Onder de ‘met name genoemde bepalingen van de Grondwet (vrijheidsrechten)’ vallen ook art. 1 GW (discriminatie), art. 10 GW (zelfbeschikkingsrecht) en art. 11 GW (lichamelijke integriteit)[6]. Als ouders, al dan niet gesteund door gezondheidswerkers, kiezen voor een niet-noodzakelijke medische behandeling die tot doel heeft het kind bepaalde geslachtskenmerken te geven, kan dat worden uitgelegd als de afwijzing van het onbehandelde kind ten voordele van het behandelde kind. Dit is discriminatie van het kind op grond van geslacht en daarmee een schending van artikel 1 van de grondwet. Artikel 10 en artikel 11 van de grondwet gaan over het zelfbeschikkingsrecht en het recht op lichamelijke integriteit. Dat nnmb’s de lichamelijke integriteit en de autonomie van het kind schenden is vastgesteld door o.a het VN-Comité tegen Foltering 147147: Er zijn goede redenen om nnmb’s wettelijk te reguleren.Het is een misvatting dat er geen specifieke reden is om nu tot regulering van nnmb’s te komen.. Indien goed onderbouwd, met verwijzingen naar de juiste verdragen, kan bij de Nederlandse rechter eveneens een beroep worden gedaan op mensenrechten die niet specifiek in de Nederlandse wetgeving worden genoemd.2Een bekend voorbeeld is de ‘klimaatzaak’ die Stichting Urgenda aanspande tegen de Staat der Nederlanden. Hierbij werd een beroep gedaan op art. 3:305a BW (waarin de voorwaarden worden genoemd waaronder een stichting of vereniging een rechtsvordering kan instellen die strekt tot bescherming van gelijksoortige belangen van andere personen) en vier artikelen in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Wanneer is een recht een mensenrecht?
‘Op dit moment is voor intersekse een paradigmaverschuiving bezig van een medische benadering naar een mensenrechtenbenadering’. Dat is een zin die regelmatig voorkomt in de teksten van NNID, maar daarmee is nog niet duidelijk wat een mensenrechtenbenadering is. De korte uitleg is dat een mensenbenadering een ethisch en juridisch model is: op basis van ethische overwegingen, wordt via wetgeving bescherming gerealiseerd voor hen die bescherming nodig hebben – in dit geval de bescherming van intersekse mensen. In onderstaande langere uitleg staat beschreven hoe de mensenrechtenbenadering wordt geconcretiseerd. Er zijn veel definities van mensenrechten die allemaal een deel van de mensenrechten beschrijven, maar vaak tegelijk onrecht schijnbaar toestaan.3Bijvoorbeeld de veelgebruikte definities: Mensenrechten zijn normen die individuen overal ter wereld beschermen tegen politieke, juridische en sociale misstanden en Mensenrechten zijn rechten die wij hebben enkel en alleen omdat wij als mensen bestaan – zij worden niet door een staat verleend. Op het eerste gezicht lijken beide definities te zeggen dat abortus verboden moet zijn (want recht op leven van het kind) en tegelijk dat abortus toegestaan moet zijn (want het recht op zelfbeschikking van de vrouw). In werkelijkheid telt bij de vraag of abortus is toegestaan niet alleen het veronderstelde mensenrecht (de juridische kant van de zaak) maar ook de ethiek (de morele kant van de zaak) een rol. Op basis van de morele overweging op welk moment een embryo een mens wordt, kan opnieuw worden gevraagd of abortus toegestaan is. Maar met de genoemde veelgebruikte definitie blijft er een probleem: op een gegeven ogenblik zijn er twee mensen, vrouw en kind, die ieder hun rechten opeisen. Om dan te beslissen of abortus toegestaan is, moet een uitgebreider definitie worden gebruikt. In dit document wordt uitgegaan van o.a. de volgende beschrijvende definitie:
Om een vordering op grond van de mensenrechten in te stellen, moet aan de volgende criteria worden voldaan,
- De verwezenlijking van het geclaimde recht is noodzakelijk opdat een persoon of een groep zijn volledige menselijkheid kan bereiken, samen met anderen;
- het geclaimde recht wordt ofwel gezien als iets dat voor de gehele mensheid geldt, en dat de persoon of groep die het recht claimt wil toepassen op alle mensen waar dan ook, ofwel als iets dat geldt voor mensen uit specifieke achtergestelde of gemarginaliseerde groepen voor wie de verwezenlijking van dat recht van essentieel belang is om hun volledig menselijk potentieel te verwezenlijken;
- er bestaat een wezenlijke universele consensus over de legitimiteit van het geclaimde recht; het kan geen ‘mensenrecht’ worden genoemd tenzij er brede steun voor bestaat over culturele en andere scheidslijnen heen;
- het is mogelijk dat het geclaimde recht daadwerkelijk wordt gerealiseerd voor alle legitieme rechthebbenden; 4Dit sluit rechten uit op zaken die in beperkte mate voorhanden zijn, bijvoorbeeld het recht op huisvesting met een panoramisch uitzicht, het recht om een televisiekanaal te bezitten, of het recht om grote stukken land te ‘bezitten’.
- het geclaimde recht is niet in strijd met andere mensenrechten 5Dit betekent dat het ‘recht’ om wapens te dragen, het ‘recht’ om andere mensen in slavernij te houden, het ‘recht”’ van een man om zijn vrouw en kinderen te slaan, het ‘recht’ op buitensporige winsten die leiden tot armoede voor anderen, enzovoorts, niet als mensenrechten worden erkend..[4]
Daarmee worden de kenmerken van mensenrechten geschetst, maar is nog steeds niet duidelijk hoe een specifiek mensenrecht wordt herkend. Een activistische algemene beschrijving geeft dan meer duidelijkheid:
De enige bruikbare definitie van mensenrechten is er een waarbij een mensenrechtenstrijder kan vaststellen WIENS rechten worden geschonden en WIE de schender is. Dat is wat in het verleden heeft geleid tot vooruitgang op het gebied van de mensenrechten.[1]
Dat is, bijvoorbeeld, het geval bij artikel 10 lid E van de Yogyakarta Princples +10
De staten verbieden alle praktijken en herroepen alle wetten en beleid die ingrijpende en onomkeerbare behandelingen op grond van seksuele gerichtheid, genderidentiteit, genderexpressie of geslachtskenmerken mogelijk maken, met inbegrip van gedwongen genitale normaliserende chirurgie, onvrijwillige sterilisatie, onethische experimenten, medische beeldvorming, “reparatieve” of “bekeringstherapieën”, wanneer deze worden afgedwongen of toegepast zonder de vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming van de betrokkene.[3 , 5]
In dat artikel van de Yogyakarta Princples +10 schenden staten rechten als bepaalde wetten en beleidsregels nog niet verboden of herroepen zijn, en iedereen die zonder toestemming van zichzelf met die wetten of beleidsregels te maken heeft gehad is het slachtoffer.
Concreet maken
Om mensenrechten concreet te maken, worden de argumenten in documenten van NNID onderbouwd met internationale verdragen, Europese verdragen, en Nederlandse wetgeving. De belangrijkste mensenrechten die daarbij aan de orde komen, zijn het recht op lichamelijke integriteit en het recht op zelfbeschikking.6Andere mensenrechten die een rol spelen bij intersekse zijn o.a. het recht om niet gediscrimineerd te worden, recht op vrijheid van geweld en intimidatie, recht om een eigen persoonlijkheid te ontwikkelen, recht op leven, recht om vrij te zijn van foltering of wrede, onmenselijke behandeling, recht op privacy, recht op arbeid, recht op fysieke en geestelijke integriteit, het recht om een familie te stichten, het recht op educatie, het recht om op te komen voor de zojuist genoemde rechten. Deze rechten komen in zowel VN-verdragen, Europese verdragen, als de Nederlandse grondwet aan de orde. Voor de verdediging van de mensenrechten van intersekse personen doet NNID vaak een beroep op door Nederland geratificeerde verdragen, want ratificering van verdragen mag niet vrijblijvend zijn en net zo mag de kritiek die Nederland krijgt op de naleving van die verdragen ook niet vrijblijvend zijn.
Standpunt NNID
Mensenrechten zijn in wetgeving vastgelegd
Mensenrechten zijn vastgelegd in de Nederlandse wet, in het supranationaal recht door het Nederlandse lidmaatschap van de EU en in het internationaal recht door verdragen die Nederland heeft geratificeerd. In bepaalde situaties gaan deze verdragen boven de grondwet. NNID gebruikt het verdragssysteem om Nederland op schendingen van de mensenrechten in eigen land te wijzen.
Wat mensen zeggen
KOP
Citaal.[a]
— Eva, 24 jaar – 2023