MISVATTINGEN#124De betekenis van woorden

  1. Taal speelt een cruciale rol in het begrip en de emancipatie van intersekse personen. De keuze van woorden beïnvloedt niet alleen medische interpretaties, maar ook zelfbeeld en publieke perceptie.
  2. De termen rondom intersekse zijn niet altijd eenvoudig te vertalen, mede door een verschuiving van een medische naar een mensenrechtenbenadering. Deze complexiteit wordt soms verergerd door bewuste of onbewuste weerstand tegen gestandaardiseerde terminologie.
  3. Het is belangrijk om duidelijk en eenduidig taalgebruik te hanteren om verwarring te voorkomen. Vage of misleidende termen kunnen zowel goedbedoeld zijn als bewust ingezet worden om verwarring te zaaien.
  4. Woordconstructies zoals ‘DSD/intersekse’ zijn problematisch en moeten worden vermeden. Het terugclaimen van verouderde termen met een negatieve connotatie, zoals ‘(pseudo-)hermafrodiet,’ wordt ook afgeraden tenzij er een duidelijke herdefiniëring heeft plaatsgevonden.
  5. Respectvol taalgebruik omvat niet alleen correcte terminologie maar ook het gebruik van de juiste persoonlijke voornaamwoorden. Het vragen naar en respecteren van iemands voorkeursvoornaamwoorden is een basisstap in acceptatie en respect.


Samengevat met AI en gecontroleerd door een redacteur.

HOOFDSTUK 124

Taal, en de ontwikkeling daarvan, is belangrijk voor de emancipatie van intersekse personen

Taal kan verduidelijken, maar taal kan ook verhullen. Taal kan normeren, maar taal kan ook tot verandering aanzetten. Bij de verschuiving van een medisch paradigma naar een mensenrechten paradigma speelt taal een belangrijke rol. Wanneer twee paradigma’s dezelfde woorden gebruiken is de betekenis van die woorden belangrijker dan ooit.

Taal is juist erg belangrijk omdat taalveranderingen (zie ook 4545: De introductie van DSD heeft de emancipatie van intersekse personen vertraagd.Het is een misvatting dat de introductie van DSD geen schade voor de intersekse-emancipatie heeft opgeleverd. en 4646: De combinatieterm DSD/intersekse draagt bij aan de pathologisering van intersekse personen.Het is een misvatting dat de aanduiding DSD/intersekse onschuldig is.), onjuist begrepen begrippen (zie ook 11: Definitie van intersekse.Het is een misvatting dat onduidelijk is wat intersekse is., 1515: Intersekse is een bijvoeglijk naamwoord .Het is een misvatting dat intersekse een zelfstandig naamwoord is., 1616: Intersekse is een doorleefde ervaring die mensen kunnen hebben, niet zijn.Het is een misvatting dat iemand niet intersekse ‘heeft’ maar ‘is’. en 1717: (Inter)sekse is niet hetzelfde als seksualiteit.Het is een misvatting dat sekse of sex in intersekse/intersex ‘geslachtsverkeer’ betekent.) en onbewust gebruik van normatieve metaforen [2] kunnen afleiden van het werkelijke probleem en zo de emancipatie vertragen.1De Amerikaanse historicus Elizabeth Reis zegt over taal: “De keuze van de nomenclatuur beïnvloedt niet alleen hoe artsen medische situaties interpreteren, maar even belangrijk is hoe ouders hun aangedane kinderen zien, hoe intersekse personen zichzelf begrijpen en hoe anderen die niet direct betrokken zijn bij medische situaties –zoals gender- en rechtswetenschappers, historici en mediacommentatoren– denken over en theoretiseren over gender, sekse en het lichaam. [5] Dat gaat verder dan alleen het verschil tussen, bijvoorbeeld, het Nederlands en het Engels; dit document had zeker niet bestaan als alle betrokkenen eenzelfde betekenis aan dezelfde begrippen hadden gegeven. Alleen dan was het misschien mogelijk om te zeggen dat taal niet belangrijk is. Juist nu zowel de medische als de maatschappelijke visies op intersekse aan het veranderen zijn, heeft toegepaste linguïstiek het onderzoek naar intersekse veel te bieden [3].

De onvertaalbaarheid van sommige aspecten van intersekse wordt enerzijds beïnvloed door de paradigmaverschuiving van een medische benadering naar een mensenrechtenbenadering, maar wordt anderzijds versterkt door onwil bij de gebruikers van de terminologie. Veel hoofdstukken in deze publicatie gaan direct of indirect over taal: ze gaan over het wie, wat, waar, waarom, en hoe van intersekse – alles om het woord intersekse te verduidelijken. En nog is daarmee niet alles gezegd.2Daarom heeft NNID nog meer publicaties: https://www.seksediversiteit.nl/publicaties/ Er is bijvoorbeeld nog niet gezegd dat veel intersekse mensen erg gesteld zijn op de juiste persoonlijke voornaamwoorden (hij/zij/hen – die/diens – xi/xim – ze/hir). Het is geen enkel probleem om aan iemand te vragen welke persoonlijke voornaamwoorden moeten worden gebruikt. En er is nog niet gezegd dat veel intersekse mensen een hekel hebben aan het woord intersekse én aan het acroniem DSD en daarom alleen de naam van een diagnose gebruiken (zie ook 4242: DSD is duidelijk gedefinieerd, maar de voorbeeld-classificatie is, hoewel veel gebruikt, niet volledig..Het is een misvatting dat er meerdere definities van DSD zijn.). Ook is nog niet gezegd dat de aanduiding intersekseactivist niet impliceert dat iemand publiekelijk deelt intersekse te zijn – er zijn mensen die ‘diep in de kast zitten’ en toch aan intersekserechten werken. Zie ook de begrippen discours en incommensurabiliteit in de begrippenlijst.

Om verwarring te voorkomen, verdient het aanbeveling het taalgebruik helder te houden, en niet net te doen alsof woorden (bijna) synoniemen zijn. Doen alsof twee woorden (bijna) hetzelfde betekenen, gebeurt om verwarring te stichten. Dat kan te goeder trouw zijn, bijvoorbeeld om bruggen tussen groepen te bouwen. Maar het gebeurt ook door mensen die baat hebben bij de verwarring.3In 2006 hebben gezondheidswerkers aangegeven het woord intersekse niet meer te willen gebruiken; in plaats daarvan zou voortaan over DSD worden gesproken. Maar inmiddels gebruiken sommige gezondheidswerkers het woord intersekse voor ‘kinderen geboren met ambigue genitaliën’ – een betekenis die het woord niet had in 2006 (dat het woord intersekse toen al een bredere betekenis had, blijkt uit de titel van de twee publicaties waarin het acroniem DSD werd geïntroduceerd: ‘Consensus statement on management of intersex disorders’[1 , 4]). Het reclaimen en reframen door gezondheidswerkers van het woord intersekse schept onnodig verwarring. Dat die verwarring gezondheidswerkers goed uitkomt, wekt op zijn minst de schijn van opzet. Het is, bijvoorbeeld, een misvatting dat DSD hetzelfde betekent als intersekse 4444: DSD is niet hetzelfde als intersekse.Het is een misvatting dat DSD hetzelfde is als intersekse.; daaruit volgt o.a. dat woordconstructies als DSD/intersekse 4646: De combinatieterm DSD/intersekse draagt bij aan de pathologisering van intersekse personen.Het is een misvatting dat de aanduiding DSD/intersekse onschuldig is. moeten worden vermeden, maar ook dat woorden die vroeger werden gebruikt en inmiddels een negatieve connotatie hebben gekregen 4Bijvoorbeeld (pseudo-)hermafrodiet en interseksueel. beter niet kunnen worden teruggeclaimd als er geen duidelijke reframing van zo’n woord heeft plaatsgevonden.

Correct taalgebruik draagt ook bij aan onderling respect. Dat gaat over de juiste woorden met de juiste betekenis, maar het gaat ook over laten zien dat je iemand accepteert zoals hij/zij/hen/die is. De eerste stap daarin is natuurlijk het gebruik van de passende persoonlijke voornaamwoorden (hij/zij/hen). Het is een kleine moeite om aan iemand te vragen hoe hij/zij/hen wil worden aangesproken.

Standpunt NNID

Taal, en de ontwikkeling daarvan, is belangrijk voor de emancipatie van intersekse personen

Correct gebruik van taal is belangrijk voor emancipatie. Wat onder correct moet worden verstaan, is afhankelijk van stromingen in de samenleving en verandert sneller dan de meeste mensen kunnen bijhouden. NNID werkt aan expertise en geeft richting aan definities, terminologie en inhoud op het gebied van intersekse en seksediversiteit. Dat doet NNID samen met andere intersekse organisaties.

Wat mensen zeggen


  • Nog geen citaat
    He, wat jammer! Voor dit hoofdstuk hebben we geen passend citaat gevonden. We zoeken nog steeds deelnemers voor ons oral history-project Seksediversiteit in Nederland en Vlaanderen. Neem contact op met Miriam van der Have (info@nnid.nl) als je je verhaal wil delen. Misschien komt hier dan een citaat van jou te staan.[a]
    — NNID – 2023
  1. Dit wordt niet vertaald

Helaas, dit hoofdstuk bevat nog geen citaten uit de praktijk.

Letterlijk citaat mensenrechtenparadigma
Letterlijk citaat Medisch paradigma
Uitspraak/aanbeveling/citaat mensenrechten institutie of – authoriteit
Citaat van boek  of (peer-reviewed) artikel, niet aan één auteur toe te wijzen,
ongeacht het paradigma
  1. Biesma DH, Legemaate J, Houwaart ES, van Dijk G, Briët JW, van der Kooi ALF, et al. Nederlandse artseneed. 2019 ed. Utrecht: Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU); 2019. ISBN: 90 55882887
  2. De Clercq E, Starke G, Rost M. “Waking up” the sleeping metaphor of normality in connection to intersex or DSD: a scoping review of medical literature. History and Philosophy of the Life Sciences. 2022;44(4):50. https://doi.org/10.1007/s40656-022-00533-8
  3. King BW. Biopolitics and Intersex Human Rights: A Role for Applied Linguistics. In: Chun CW, redactie. Applied Linguistics and Politics. Contemporary Studies in Linguistics. London, UK: Bloomsbury Academic; 2022. p. 155-181. ISBN: 978-1-3500-9824-4
  4. Lee PA, Houk CP, Ahmed SF, Hughes IA. Consensus statement on management of intersex disorders. Pediatrics. 2006;118(2):e488-e500. https://doi.org/10.1542/peds.2006-0738
  5. Reis E. Divergence or disorder?: The politics of naming intersex. Perspectives in Biology and Medicine. 2007;50(4):535-543. https://doi.org/10.1353/pbm.2007.0054