HOOFDSTUK 7
Er is geen controle nodig of iemand ‘echt’ intersekse is
De gedachte dat iemand (lees: een trans persoon) zichzelf ten onrechte intersekse zou noemen, is voor sommige mensen onverteerbaar. Behalve dat een andere benaming voor intersekse dit niet kan voorkomen, is het de vraag of het iets uitmaakt als zo nu en dan iemand zich ten onrechte als intersekse persoon voordoet. Het is waarschijnlijk veel ernstiger als een intersekse persoon de toegang tot de interseksegemeenschap zou worden onthouden.
Herkenning
Mensen die intersekse zijn zullen zich herkennen in de ervaringen van andere intersekse mensen. Dat geldt niet voor mensen die zelf niet intersekse zijn. Daarom zullen mensen die niet-intersekse zijn en zich proberen aan te sluiten bij de interseksegemeenschap meestal snel iets anders gaan doen. Als het gebeurt, is het als een groene druppel in een emmer blauwe verf – het zal niet lang opvallen.1 Ook andere groepen krijgen wel eens te maken met een ‘poseur’: een witte vrouw die zich jarenlang voordeed als een zwarte vrouw, een journaliste die zich voordeed als een winkelier die na Black Lives Matter-rellen een winkelruit repareerde, mannen die zich voordeden als transgender personen omdat ze dan konden bedelen, een vrouw die zonder de juiste opleiding drie jaar lang als arts-assistent in een ziekenhuis kon werken, een Nederlandse amateurvoetballer die zich op verschillende plaatsen in de wereld voordeed als topvoetballer en zowel clubs als ondernemers oplichtte, en een vrouw zonder geld die lange tijd tussen de jetset kon verblijven door zich voor te doen als een steenrijke erfgename en influencer. Een paar minuten zoeken op het internet is voldoende om ze te vinden. Maar de ‘poseurs’ hebben de groepen die zij benadeelden niet kunnen stoppen, want daarvoor hebben ze veel te weinig invloed. Een rigide controlesysteem dat echte intersekse mensen weerhoudt hun stigma, schaamte en geheimhouding te doorbreken zou wél een groot probleem zijn. Dat geldt ook als iemand die zich als intersekse presenteert naar de mening van een of meer mensen in de interseksebeweging niet intersekse (genoeg) is.2 Jammer genoeg gebeurt het wel eens dat de mate van intersekse-zijn wordt afgemeten aan het lijden dat iemand in het verleden doorstaan heeft; wie in de ogen van een ander niet voldoende heeft geleden is blijkbaar niet ‘echt’ intersekse. Dit is een verschijnsel dat zich bij meer emancipatiebewegingen voordoet. De Amerikaanse filosoof en kunstenaar Adrian Piper noemt dit de Suffering Test [3]. Beide situaties brengen de interseksegemeenschap meer schade toe dan de enkeling die zich willens en wetens ten onrechte intersekse noemt.
Als trans en intersekse verward worden
Als gezondheidswerkers zeggen dat intersekse een probleem is omdat ‘iedereen’ zich intersekse zou kunnen noemen, wordt zelden bedoeld dat een willekeurig persoon dat zou doen. Meestal wordt bedoeld dat een trans persoon zich zouden kunnen voordoen als intersekse persoon. Een van de redenen om het acroniem DSD in te voeren, was om verwarring met transgender te voorkomen[2]. In de praktijk komt dit bijna niet voor. Maar inderdaad, het gebeurt wel eens – soms hebben zelfs gezondheidswerkers dat niet in de gaten[1]. En soms wordt een intersekse persoon voor een trans persoon aangezien – Lili Elbe wordt gevierd als een transgender icoon, maar er zijn publicaties die zeggen dat zij XXY-chromosomen had en dus een intersekse persoon was. Dit soort weetjes zijn niet het bewijs dat verwarring tussen intersekse en transgender een groot probleem is, eerder het tegendeel.
Standpunt NNID
Er is geen controle nodig of iemand ‘echt’ intersekse is
Als iemand zich ten onrechte intersekse noemt, zal dat nauwelijks of geen schade opleveren. Dat kan niet gezegd worden als iemand die intersekse is door de interseksegemeenschap wordt uitgesloten.
Wat mensen zeggen
Ongepubliceerde observaties van de auteur
Daarentegen krijgen clinici af en toe te maken met een persoon met sekse-identiteitsvariatie zonder somatische interseksualiteit die hen ervan probeert te overtuigen dat hij/zij wel degelijk een vorm van somatische interseksualiteit heeft of zelfs zelf ‘cross-sex’ hormonen toedient, zonder dit bekend te maken, om dit te bewijzen (ongepubliceerde observaties van de auteur). [a]
— Heino F. L. Meyer-Bahlburg, psycholoog – 2017
Geen transervaring, maar een intersekse ervaring
Het gevolg is ook dat er transfobie en ook een zekere mate van homofobie in patiëntgroepen voor intersekse heel hoog is, echt schokkend soms. Terwijl ook bekend is dat er best wel veel mensen zijn die gewoon ergens in een hokje geduwd worden als ze jong worden, daarin opgroeien, erachter komen dat het niet klopt en dan dus veranderen en dan wordt er soms heel snel gedacht: o, maar jij bent een trans, jij hoort er niet bij. Ook al zijn die mensen intersekse. En ook al zijn die mensen intersekse en zien ze zichzelf niet als trans, omdat het dus niet een transervaring is, maar een intersekse-ervaring. Maar dat is ook wel waarom ik me niet heel vaak thuis heb gevoeld in dat soort groepen, want ik voldeed niet aan dat plaatje. [b]
— Robin, 37 jaar – 2023