Een grote hoeveelheid mensen die in een winkelstraat lopen. De foto is genomen in tegenlicht.

  1. Definitie en gevolgen: Interseksefobie houdt in: afwijzende houdingen, negatieve gevoelens, en discriminatie tegenover intersekse personen, wat kan leiden tot uitsluiting, belediging of anders behandelen.
  2. Redenen voor geheimhouding: Veel intersekse mensen houden hun intersekse ervaringen geheim uit angst voor afwijzing en discriminatie, ondanks dat de maatschappij langzaam meer accepterend wordt.
  3. Complexiteit van steun en tegenstand: Steun en tegenwerking voor intersekse individuen komen soms uit onverwachte hoeken, zoals blijkt uit de houding van bepaalde feministische groepen en de Nashville Verklaring.
  4. Media representatie en gevolgen: De media dragen bij aan stigmatisering en misrepresentatie van intersekse personen, zoals blijkt uit onnauwkeurige en sensatiegerichte koppen in tijdschriften.
  5. Discriminatie in sport: Intersekse atleten, zoals Santhi Soundarajan, Caster Semenya, en Dutee Chand, ondervinden discriminatie in de sportwereld, vaak gedwongen tot medische behandelingen en onderworpen aan publieke controle.
  6. Juridische behandeling van discriminatie: Klachten over interseksediscriminatie worden behandeld door het College voor de Rechten van de Mens, dat in 2014 voor het eerst een zaak betreffende een intersekse persoon behandelde en bepaalde dat intersekse onder ‘geslacht’ valt.
  7. Moderne versus klassieke interseksefobie: Moderne interseksefobie is subtieler en vaak onbewust, in tegenstelling tot de meer directe en bewuste vorm van klassieke interseksefobie.
  8. Onbewuste stereotypering: Zelfs mensen die geloven in gelijkheid kunnen onbewust intersekse personen stereotyperen, wat zichtbaar wordt in media-uitingen en medische behandelingen.
  9. Body shaming en bekendheden: Body shaming, vaak gebaseerd op interseksefobie, treft zowel beroemdheden als gewone mensen, zoals de voorbeelden van PETA en verschillende historische en publieke figuren tonen.
  10. Geïnternaliseerde interseksefobie: Intersekse personen kunnen zelf interseksefobie internaliseren, wat het delen van hun intersekse-ervaringen met anderen bemoeilijkt. Dit kan een groter obstakel zijn dan externe vormen van discriminatie.



Samengevat met AI en gecontroleerd door een redacteur.

Verwijzingen

Inter­sekse­fobie

Interseksefobie is de overtuiging dat mensen eenduidig man of vrouw (behoren te) zijn en dat hierop geen uitzonderingen bestaan. Interseksefobie gaat vaak gepaard met transfobie en homofobie. Intersekefobie is niet hetzelfde als het haten van intersekse personen, al vallen de uitingen van interseksefobie wel onder hate-speech.

Zelden of nooit zeggen interseksefobe mensen ‘ik haat intersekse personen’; in plaats daarvan zeggen of schrijven zij ‘als je met …  bent geboren ben je een man en als je met …  bent geboren ben je een vrouw’. Dat kan onopvallend gebeuren in schoolboeken, of met grover taalgebruik op social media. Ook het afdoen van intersekse als een zeer kleine of verwaarloosbare groep, in de betekenis van een te negeren groep, is interseksefobie.

Interseksefobie wordt gekenmerkt door een afwijzende houding en negatieve gevoelens ten opzichte van intersekse en intersekse mensen. Interseksefobie kan geuit worden in de vorm van minachting, vooringenomenheid, haat of antipathie. Dit kan leiden tot interseksediscriminatie: het uitsluiten, beledigen, of anders behandelen van intersekse personen.

In dit artikel worden voorbeelden gegeven van interseksefobie en interseksediscriminatie.

Separator: start positie

Discriminatie

Veel mensen durven niet aan andere mensen te vertellen dat zij een intersekseconditie hebben[11]. De hoofdreden hiervoor is dat lang werd aangenomen dat geheimhouding zou beschermen tegen afwijzing en discriminatie[22 , 31]. Maar ook het gebrek aan acceptatie door de maatschappij is een belangrijke reden.

Soms komt de tegenwerking uit onverwachte hoek. Sommige vrouwen die zich feministe noemen hanteren voor vrouw een definitie die geen ruimte laat voor intersekse. 1Trans-exclusionary radical feminist (Terfs, ook wel Farts genoemd – feminism-appropriating reactionary transphobes) vinden dat chromosomen bepalend zijn voor iemands sekse, dus XX-chromosomen is vrouw en XY-chromosomen is man [1 , 2 , 3 , 20]. Maar veel feministen zien intersekse juist als het bewijs dat net als gender, ook sekse een sociaal construct is [6 , 28]. Ook steun kan uit onverwachte hoek komen. In de Nashville Verklaring2De Nashville Verklaring is de Nederlandse vertaling van een controversieel document dat afkomstig is van een conservatief christelijke organisatie in de Verenigde Staten. De Nederlandse vertaling is door meer dan 100, veelal gereformeerde, dominees ondertekent. Na ophef in de media hebben de Nederlandse initiatiefnemers hun versie teruggetrokken omdat deze ‘niet begrepen’ zou zijn. wordt lhbt veroordeeld, maar intersekse juist niet.3Terwijl lhbt-personen door een deel van de maatschappij nog steeds gezien worden als abnormaal (ziek) en immoreel (zondig), wordt intersekse alleen gezien als abnormaal. Door het ontbreken van het vermeende immorele aspect, is het voor westerse intersekseorganisaties ook mogelijk orthodox-religieuze groepen als bondgenoot te krijgen. Wel zien orthodox-religieuze groepen intersekse als een behandelbare ziekte: in die visie passen intersekse mensen na medische behandeling in de bijbelse man/vrouw-dichotomie. In beide gevallen worden intersekse mensen gebruikt als een instrument om de maatschappijvisie van deze groepen te rechtvaardigen. Deze instrumentalisatie is een kenmerk van objectificatie [32].

Als het anderen uitkomt worden intersekse personen geobjectificeerd, gesensationaliseerd, geseksualiseerd en gestigmatiseerd. Intersekse personen internaliseren dit en door een gebrek aan autonomie ‘kiezen’ zij voor geheimhouding.

Dat blijkt bijvoorbeeld uit koppen die soms boven artikelen in tijdschriften en magazines staan – artikelen die vaak weldoordacht zijn en een genuanceerd empathisch beeld van intersekse schetsen. Titels als ‘Ik had eigenlijk geen meisje moeten zijn’ [38], ‘Van buiten een vrouw, maar van binnen niet’ [30], ‘Vrouwelijk van buiten, onzijdig van binnen’ [12], en ‘Het verhaal van Eef, half man, half vrouw’ [9] zijn medisch, biologisch en sociaal-cultureel onjuist, maar doen boven alles onrecht aan de geïnterviewde personen. Iemand die compleet ongevoelig is voor androgenen had niet ‘eigenlijk’ een jongen moeten zijn, net zomin als een nacht ‘eigenlijk’ een dag had moeten zijn. Juist zoiets als het geslacht kent geen ‘eigenlijk’.

Ook de ervaringen die vrouwelijke sportsters recent nog hebben meegemaakt, geven weinig reden tot optimisme. Vooral bij de combinatie van afgunst en geheim is het vernislaagje uitermate dun. Voorbeelden daarvan uit de atletiekwereld zijn de gebeurtenissen rondom Santhi Soundarajan in 2006 [5], Caster Semenya in 2009 [7 , 39] en Dutee Chand in 2014 [26], drie atletes die in 2013 door aan de IAAF gelieerde artsen gedwongen werden een medisch behandeling te ondergaan [17 , 37].

College voor de Rechten van de Mens

Klachten over discriminatie worden meestal behandeld door het College voor de Rechten van de Mens (verder ‘het College’). Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen een misstand melden en een oordeel vragen. Alleen als een oordeel gevraagd wordt zal de klacht worden behandeld in een openbare zitting.4Het melden van een misstand of het vragen van een oordeel begint met het invullen van een formulier op de Website van het College: https://klachtenformulier.mensenrechten.nl/

Separator: start positie

Interseksefobie

Het is niet moeilijk om op het internet voorbeelden te vinden van mensen die zich in de meest directe vorm uitspreken tegen intersekse. Het ontstaan van intersekse mensen wordt bijvoorbeeld ontkent of er wordt gezegd dat het geslacht van mensen altijd bepaald wordt door de chromosomen: xx = vrouw, xy = man. Dit wordt klassieke interseksefobie genoemd. Uit onderzoek naar racisme en homofobie blijkt dat veel mensen die zich er op laten voorstaan totaal niet racistisch of homofoob te zijn, toch racistische of homofobe opmerkingen kunnen maken als ze snel, en dus zonder nadenken, op een situatie moeten reageren. Pas als zij de tijd hebben gekregen om even na te denken, realiseren zij zich dat een opmerking ongepast is, of dat ze iemand onbewust anders behandeld hebben.

Wat bij de koppen van de artikelen en bij de atletes is gebeurd, is een vorm van interseksefobie die je tegenkomt bij mensen die oprecht de bedoeling hebben zich zonder vooroordelen te gedragen, maar waarvan het gedrag op subtiele wijze toch beïnvloed wordt door hun negatieve gevoelens en houding ten opzichte van intersekse. In analogie met de term ‘moderne homofobie’5Het idee achter ‘moderne interseksefobie’ is net als het idee achter ‘moderne homofobie’ gebaseerd op aversief racisme zoals beschreven in het boek The aversive form of racism van Samuel Gartner en John Dovidio uit 1968. De term ‘moderne homofobie’ wordt tegenwoordig nauwelijks nog gebruikt, hoewel het verschijnsel nog steeds actueel is. Soms wordt ook gesproken over ‘subtiele homofobie’. Hoewel het concept van aversief racisme is ontwikkeld ter verklaring van raciale attitudes en gedragingen, kan het idee van het aversieve vooroordeel ook bruikbaar zijn om inzicht te verwerven in de aard van vooroordelen tegen seksuele minderheden [10]. Hoewel intersekse mensen geen seksuele minderheid vormen in de betekenis van seksuele voorkeur, liggen de stigma’s waar beide groepen mee te maken hebben dusdanig dicht bij elkaar dat het niet onaannemelijk is dat moderne interseksefobie bestaat. De eerder gegeven voorbeelden lijken dit te bevestigen. of moderne homonegativiteit [40] kan gesproken worden over moderne interseksefobie. Deze moderne vormen zijn moeilijker empirisch vast te stellen dan de klassieke vormen, maar dat betekent niet dat ze geen negatieve gevolgen hebben voor de betrokkenen [33].

Als mensen die rationeel uitstekend begrijpen dat ‘anders zijn’ geen reden mag zijn om iemand anders te behandelen, dat toch doen, kan sprake zijn van automatische stereotypering [10]. Daarmee wordt bedoeld dat stereotypen gehanteerd worden die niet bewust onderschreven worden. De stereotypering bij intersekse is zichtbaar in de koppen van de eerdergenoemde tijdschriftartikelen en in de behandeling van de atletes: onbewust wordt verondersteld dat de geïnterviewde vrouwen eigenlijk mannen zijn. Dat geldt ook voor de normaliserende medische behandeling van intersekse mensen: onbewust wordt aangenomen dat een lichaam dat niet past binnen de normatieve sociale constructie van man of vrouw inferieur is.

Daarmee worden intersekse personen geraakt op een gevoelige plek. Bij onderzoek onder intersekse vrouwen blijkt een lage zekerheid omtrent het geslacht en de vrouwelijke identiteit te bestaan [4 , 34 , 35].

Door hun vaak lange medische geschiedenis zijn intersekse personen zich meestal goed bewust van hun stigma’s. De geheimhouding naar anderen en het opletten dat het geheim niet per ongeluk toch uitkomt, levert veel stress op.

Intersekse­fobie in de praktijk

Omdat intersekse mensen nauwelijks zichtbaar zijn in de maatschappij, is interseksefobie ook nauwelijks zichtbaar. Discriminerende opmerkingen worden vooral gemaakt als intersekse in het nieuws komt. Interseksefobie is ook zichtbaar in niet geslaagde ‘grappen’ over vrouwen die te mannelijk worden geacht en mannen die volgens anderen een te kleine penis hebben. Maar ook bij organisaties waarvan meer wijsheid zou mogen verwachten kan het verkeerd gaan. Zo publiceerde PETA op 1 april 2005 een persbericht waarin stond dat wetenschappers van de ‘Diminutive Male Genitalia Disorder Research Organization’ de genetische link tussen oorzaak van kleine penissen en de jacht hadden ontdekt. Van recentere datum zijn de opmerkingen over de vermeende geringe lengte van de penis van Donald Trump. Ook in tekeningen en zelfs beelden wordt de Amerikaanse president afgebeeld met een micropenis.

Body shaming

Het toeschrijven van mannelijke geslachtskenmerken aan vrouwen en vrouwelijke geslachtskenmerken aan mannen is een veelgebruikte vorm van belediging. Dergelijke body-shaming is gebaseerd is op interseksefobie. Zelfs bij organisaties waarvan meer wijsheid zou mogen verwacht, kan het verkeerd gaan; bijvoorbeeld bij dierenrechtenorganisatie PETA. Op 1 april 2005 publiceerde PETA een persbericht over wetenschappers van de ‘Diminutive Male Genitalia Disorder Research Organization’ die op chromosoom 21 de genetische link tussen kleine penissen en de jacht hadden ontdekt. PETA erkende snel dat het een slechte grap was, maar bijna 20 jaar later rouleert het oorspronkelijke persbericht nog steeds op het internet.
Beroemdheden moeten het vaak ontgelden, maar altijd ontbreekt overtuigend bewijs; Adolf Hitler zou maar één testis hebben gehad, de Amerikaanse generaal Kazimierz Pułaski zou intersekse zijn geweest (want te brede heupbeenderen voor een man), Wallis Simpson zou Androgeen Ongevoeligheid Syndroom (een vorm van seksdiversiteit) hebben gehad, net als filmster Jamie Lee Curtis en een handvol fotomodellen (waarvan een aantal later kinderen heeft gekregen), Napoleon en Donald Trump zouden een micropenis hebben, en zowel Michelle Obama als de Amerikaanse politiek commentator Ann Coulter worden nog steeds voor man uitgemaakt. Toch is geheimhouding geen oplossing.6161: Nnmb’s kunnen ernstige negatieve gevolgen voor het kind hebben.Het is een misvatting dat nnmb’s geen negatieve gevolgen hebben voor het kind.131131: Moeten zwijgen is ook discriminatie.Het is een misvatting dat het niet ervaren van discriminatie betekent dat er geen sprake is van discriminatie.

Behalve de hierboven genoemde voorbeelden, maken artsen zich ook regelmatig schuldig aan body shaming, bijvoorbeeld als zij zeggen:

Medische interseksefobie

De meest besproken vorm van interseksefobie is de wens van ouders om een intersekse kind met operaties te ‘normaliseren’. De Verenigde Naties, de Raad van Europa, en het Europees Parlement hebben bewijs verzameld dat ook in Nederland nog steeds cosmetische operaties en andere behandelingen worden uitgevoerd op intersekse kinderen die daar zelf geen toestemming voor hebben gegeven. Dat voor trans kinderen andere regels gelden dan voor intersekse kinderen, terwijl zowel het doel als de techniek van de medische behandeling niet verschilt, is een ernstige mensenrechtenschending die zelden onderzocht en nog minder vaak vervolgd wordt [42 , 43]. Meer hierover staat op de pagina’s Europese Intersekserechten en Goede redenen om nnmb’s wettelijk te reguleren147147: Er zijn goede redenen om nnmb’s wettelijk te reguleren.Het is een misvatting dat er geen specifieke reden is om nu tot regulering van nnmb’s te komen..

Caster Semanya

Caster Semenya, de tweevoudig Olympisch kampioene op de 800 meter uit Zuid-Afrika, strijdt al sinds 2010 tegen de discriminatie die zij ondervindt in de sport. De mondiale atletiekbond World Athletics (voorheen IAAF) beschouwt het als oneerlijk wanneer vrouwelijke atleten een van nature hoog gehalte van het testosteronhormoon hebben. Zo voerde World Athletics in april 2019 een maximale testosteronwaarde in voor vrouwelijke atleten die van nature een hoog testosterongehalte hebben. Gedupeerde vrouwenatleten die toch wilden deelnemen op deze afstanden werden geacht hormoonregulerende medicijnen te nemen, wat Caster weigerde. Er is geen wetenschappelijk bewijs dat een hoog testosteronniveau de basis is voor goede sportprestaties. Vooral in het begin werd Semenya in cartoons vaak afgebeeld als een man. De laatste jaren staan steeds meer mensen aan haar kant. Topsport heeft per definitie geen ‘gelijk speelveld’ en iedere topsporter heeft op de een of andere wijze een genetisch voordeel.

De uitspraak van World Athletic s schendt de lichamelijke integriteit en autonomie van Caster en andere vrouwen met aangeboren hoge testosteronniveaus. In september 2020 zei Caster Semenya hierover het volgende:

“Ik ben erg teleurgesteld in deze uitspraak, maar weiger om me te laten drogeren door World Athletics, of om niet meer mezelf te zijn. Het uitsluiten van vrouwelijke atleten of het in gevaar brengen van onze gezondheid omdat wij op een natuurlijke wijze uitblinken, plaatst de atletiekbond aan de verkeerde zijde van geschiedenis. Ik blijf vechten voor de mensenrechten van vrouwelijke atleten, zowel binnen de sport als daarbuiten, tot we allemaal vrij kunnen sporten zoals we geboren zijn. Ik zal alles doen wat ik kan om de fundamentele mensenrechten te beschermen, voor jonge meisjes van over de hele wereld.”

Meer over intersekse en sport staat op de pagina Sport & Intersekse.

Eurobarometer

Onderzoek in Europa, uitgevoerd in 2019, laat zien dat de meeste mensen denken dat homo’s veel gediscrimineerd worden en dat intersekse mensen het minst worden gediscrimineerd. Het onderzoek laat zien dat het juist omgekeerd is. Vooral als de ‘problematiek’ dichterbij komt of geassocieerd wordt met een hoge sociale positie, blijken Nederlanders minder gesteld te zijn op lhbti personen. Zo vinden veel Nederlanders het prima als een directe collega lhb (96%), transgender (92%) of intersekse (91%) is. Maar voor een hoge verkozen politieke functie dalen die percentages al naar respectievelijk 93% (lhb), 85% (transgender) en 84% (intersekse)6Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat 97% van de Nederlanders een vrouw op een hoge positie zouden kiezen. Alleen een Roma in de hoogste politieke functie van ons land is voor de Nederlander nog minder acceptabel (67%) dan een intersekse persoon. . De vraag of het goed is als een kind van de geïnterviewde persoon een relatie aangaat met een lhbti persoon scoorde het laagst: 86% voor een relatie met een lhb persoon, 69% voor een relatie met een transgender persoon en 68% voor een relatie met een intersekse persoon. Meer over dit onderzoek staat op de pagina Sociale gevolgen. Zie ook de hoofdstukken  105105: Intersekse mensen worden gepest, gediscrimineerd, en buitengesloten.Het is een misvatting dat intersekse mensen niet gepest, gediscrimineerd, buitengesloten, en aangevallen worden.131131: Moeten zwijgen is ook discriminatie.Het is een misvatting dat het niet ervaren van discriminatie betekent dat er geen sprake is van discriminatie. van Misvattingen over intersekse.

Separator: start positie

Geïnter­naliseerde intersekse­fobie

Stigma werd in 1963 door Goffman gedefinieerd als teken of lichaamskenmerk “designed to expose something unusual and bad about the moral status of the signifier”[19]. Dat teken is bij Goffman een sociale constructie en kan evengoed een karakteristiek zijn of het deel uitmaken van een groep. Stigma, volgens Goffman, is een ongewenst anderszijn dat sterk bijdraagt aan het diskrediet van de persoon die het stigma heeft. Herek definieert stigma als de negatieve achting en inferieure status die de samenleving collectief verleent aan mensen die beschikken over een bijzonder kenmerk of behoren tot een bepaalde groep of categorie[23]. Het stigma wordt bepaald door wat de samenleving als goed waardeert (of juist niet) en door verandering van deze waarden[23]. Een stigma heeft een negatief effect op iemand wanneer de stigmatiserende reacties van de samenleving in overeenstemming worden gebracht met het beeld dat een persoon heeft van zichzelf[24]. In andere woorden: het is mogelijk dat een minderheid de vooroordelen van de samenleving overneemt en zo zichzelf stigmatiseert. Herek gebruikt hiervoor het woord zelf-stigma. Intersekse personen kunnen op die manier interfoob gedrag vertonen. Deze geïnternaliseerde interseksefobie maakt het uitermate moeilijk om met anderen te delen dat je een intersekseconditie hebt.7De discussie over de vraag of het DSD is of intersekse, gaat in sommige gevallen zover dat voor- en tegenstanders niet met elkaar willen praten. Dit is zeker als een teken van geïnternaliseerde interseksefobie te beschouwen. Maar ook de angst die soms onder mensen leeft om geassocieerd te worden met een andere diagnose is een teken van interseksefobie.

Hoewel daar geen onderzoek naar gedaan is, zou geïnternaliseerde interseksefobie voor openheid wel eens een belangrijker obstakel kunnen zijn dan de eerder beschreven moderne interseksefobie.

Wel of niet vertellen?

Ja, wel vertellen. Mensen die dat gedaan hebben zeggen dat het heel goed is voor jezelf. Maar ze zeggen ook dat ze zelf kiezen wat ze iemand wel vertellen en wat niet.8In de korte documentaire Vrouwen met AOS vertellen vier vrouwen over hun ervaringen. Bij hun coming-out vertellen vrouwen bijvoorbeeld eerst dat zij geen kinderen kunnen krijgen. Verdere informatie, bijvoorbeeld over het niet hebben van een baarmoeder, en de aanwezigheid van XY-chromosomen en testes, wordt alleen met familie en beste vrienden gedeeld, of wordt helemaal niet gedeeld.

Separator: start positie

Referenties en verwante onderwerpen

  1. AISSG.org. A Father and Greer Correspond: Androgen Insensitivity Syndrome Support Group (AISSG); 1999 [geraadpleegd 07/21 2013]. URL: http://www.aissg.org/debates/letters/FATHER.HTM.
  2. AISSG.org. Germaine Greer’s “The Whole Woman”: Androgen Insensitivity Syndrome Support Group (AISSG); 1999 [geraadpleegd 07/21 2013]. URL: http://www.aissg.org/debates/GREER.HTM.
  3. Aragón AP. Introduction: Challenging lesbian normativity. Journal of Lesbian Studies. 2006;10(1-2):1-15. https://doi.org/10.1300/J155v10n01_01
  4. Bean E, Mazur T, Robinson A. Mayer-Rokitansky-Küster-Hauser syndrome: sexuality, psychological effects, and quality of life. Journal of Pediatric and Adolescent Gynecology. 2009;22(6):339-346. https://doi.org/10.1016/j.jpag.2008.11.006
  5. Bhowmick N, Thottam J. Gender and Athletics: India’s Own Caster Semenya, Time.com [Internet]. Time.com; 2009 [bewerkt 2009 09/01; geraadpleegd 24/07 2013]. URL: http://www.time.com/time/world/article/0,8599,1919562,00.html.
  6. Butler J. Undoing Gender. New York, NY, USA: Routledge; 2004. ISBN: 0-415-96922-0
  7. Buzuvis EE. Caster Semenya and the Myth of a Level Playing Field. The Modern American. 2010;6(2):36-42.
  8. Callens N, Longmans C, Motmans J. Samenvatting Intersekse/DSD in Vlaanderen. Gent, België: Centrum voor Cultuur en Gender, Universiteit Gent, & Transgenderinfopunt, Universitair Ziekenhuis Gent, 2017.
  9. Claeys B. Het verhaal van Eef – half man, half vrouw. Goedele. 2009 02 1:17-25.
  10. Crocker J. De sociale psychologie van stigmatisering. Tijdschrift voor Seksuologie. 2005;29:4-10.
  11. Cull ML, Simmonds M. Importance of support groups for intersex (disorders of sex development) patients, families and the medical profession. Sexual Development. 2010;4(4-5):310-312. https://doi.org/10.1159/000313889
  12. De Corte S. Ik heb me nooit echt vrouw gevoeld – Vrouwelijk van buiten, onzijdig van binnen. Psychologie Magazine. 2010 11 1:32-37.
  13. van Ditzhuijzen J, Motmans J. Kennis en opvattingen over intersekse: Een nulmeting in Nederland en Vlaanderen. Rutgers & UZ Gent, november 2020.
  14. European Commision Directorat-General for Communication. Special Eurobarometer 493: Discriminition in the European Union. European Commission, Directorat-General for Justice and Consumers, May 2019 2019. Rapport Nr. DS-03-19-690-EN-N. ISBN 978-92-76-11049-1. https://doi.org/10.2838/5155
  15. European Union Agency for Fundamental Rights. The fundamental rights situation of intersex people. Focus Paper. Wien, Österreich: FRA – European Union Agency for Fundamental Rights, 2015.
  16. European Union Agency for Fundamental Rights. EU-LGBTI II: A long way to go for LGBTI equality. Luxembourg: European Union Agency for Fundamental Rights (FRA), 2020. Rapport Nr. TK-02-20-297-EN-N. ISBN 978-92-9474-968-0. https://doi.org/10.2811/348583
  17. Fenichel P, Paris F, Philibert P, Hieronimus S, Gaspari L, Kurzenne JY, et al. Molecular diagnosis of 5alpha-reductase deficiency in 4 elite young female athletes through hormonal screening for hyperandrogenism. Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism. 2013;98(6):E1055-1059. https://doi.org/10.1210/jc.2012-3893
  18. Friedlander A, Nazem S, Fiske A, Nadorff MR, Smith MD. Self-Concealment and Suicidal Behaviors. 2012;42(3):332-340. https://doi.org/10.1111/j.1943-278X.2012.00094.x
  19. Goffman E. Stigma: Notes on the management of spoiled identity. New York: Touchstone Books; 1963. ISBN: 1439188335
  20. Greer G. Caster Semenya sex row: What makes a woman?, The Guardian London, UK: Guardian News & Media Limited; 2009 [geraadpleegd 21 July 2013]. URL: http://www.guardian.co.uk/sport/2009/aug/20/germaine-greer-caster-semenya.
  21. van de Grift TC. Condition openness is associated with better mental health in individuals with an intersex/differences of sex development condition: structural equation modeling of European multicenter data. Psychological Medicine. 2021;53(6):2229-2240. https://doi.org/10.1017/S0033291721004001
  22. van Heesch MA. Ze wisten niet of ik een jongen of meisje was: kennis, keuze en geslachtsvariaties – Over het leven met en kennen van intersekse condities in Nederland [Proefschrift]. Vossiuspers, Amsterdam, Nederland: Universiteit van Amsterdam; 2015. ISBN: 978 90 562 97640
  23. Herek GM. Sexual stigma and sexual prejudice in the United States: A conceptual framework. Contemporary perspectives on lesbian, gay, and bisexual identities: Springer; 2009. p. 65-111. ISBN: 0387095551
  24. Herek GM, Gillis JR, Cogan JC. Internalized stigma among sexual minority adults: Insights from a social psychological perspective. Journal of Counseling Psychology. 2009;56(1):32-43. https://doi.org/10.1037/a0014672
  25. Jones T, Hart B, Carpenter M, Ansara G, Leonard W, Lucke J. Intersex: Stories and Statistics from Australia: Open Book Publishers; 2016.
  26. Karkazis K. Letter to the International Association of Athletics Federations (IAAF) Council, [Letter]. Medium; 2014 [bewerkt 12 Aug 2016; geraadpleegd 15 Aug 2016]. 12 Aug 2016. URL: https://medium.com/@Karkazis/open-letter-to-the-international-association-of-athletics-federations-iaaf-council-e686d9f06ee2.
  27. Kelly AE, Yip JJ. Is Keeping a Secret or Being a Secretive Person Linked to Psychological Symptoms? Journal of Personality. 2006;74(5):1349-1370. https://doi.org/https://doi.org/10.1111/j.1467-6494.2006.00413.x
  28. Kitzinger C. Intersexuality: Deconstructing the sex/gender binary. Feminism and Psychology. 1999;9:493-498. https://doi.org/10.1177/0959353599009004016
  29. Larson DG, Chastain RL. Self-concealment: Conceptualization, measurement, and health implications. Journal of Social Clinical Psychology: Science and Practice. 1990;9(4):439-455. https://doi.org/10.1521/jscp.1990.9.4.439
  30. Ligtenberg D. Van buiten een vrouw, maar van binnen niet. Libelle Balance. 2011 05 24:60-63.
  31. van Lisdonk J, Callens N. Labeling, stigma en discriminatie: ervaringen van mensen met intersekse/DSD. Tijdschrift voor Seksuologie. 2017;41(2):95-104.
  32. Nussbaum MC. Objectification. Philosophy & Public Affairs. 1995;24(4):249-291. https://doi.org/10.1111/j.1088-4963.1995.tb00032.x
  33. Sandfort T. Homofobie: welk problem? Wiens Probleem? Tijdschrift voor Seksuologie. 2005;29:11-18.
  34. Schweizer K, Brunner F, Schützmann K, Schönbucher V, Richter-Appelt H. Gender identity and coping in female 46, XY adults with androgen biosynthesis deficiency (intersexuality/DSD). Journal of Counseling Psychology. 2009;56(1):189-201. https://doi.org/10.1037/a0013575
  35. Schweizer K, Richter-Appelt H. Leben mit Intersexualität. PiD-Psychotherapie im Dialog. 2009;10(01):19-24. https://doi.org/10.1055/s-0028-1090187
  36. Slepian ML, Kirby JN, Kalokerinos EK. Shame, guilt, and secrets on the mind. Emotion. 2020;20(2):323-328. https://doi.org/10.1037/emo0000542
  37. de Visser E. Topatletes laten teelballen verwijderen op last van IAAF. Volkskrant. 2013 05 25.
  38. Van der Weide L. Ik had eigenlijk geen meisje moeten zijn. Cosmopolitan. 2013 02:68-71.
  39. Wiesemann C. “Sportethik tut Not!“ Medizinethikerin der Universitätsmedizin Göttingen nimmt Stellung – Presseinformation Nr. 114. Universitätsmedizin Göttingen2009. URL: http://www.med.uni-goettingen.de/presseinformationen/presseinformationen_11336.asp.
  40. van Wijk E, van de Meerendonk B, Bakker F, Vanwesenbeeck I. Moderne homonegativiteit: de constructie van een meetinstrument voor het meten van hedendaagse reacties op zichtbare homoseksualiteit in Nederland. Tijdschrift voor Seksuologie. 2005;29(1):19-27.
  41. Wismeijer A. Secrets and Subjective Well-Being: A Clinical Oxymoron. In: Nyklíček I, Vingerhoets A, Zeelenberg M, redactie. Emotion Regulation and Well-Being. New York, NY, USA: Springer New York; 2011. p. 307-323. https://doi.org/10.1007/978-1-4419-6953-8_19
  42. Zeid Ra’ad Al Hussein. Opening remarks by Zeid Ra’ad Al Hussein, United Nations High Commissioner for Human Rights at the Expert meeting on ending human rights violations against intersex persons, [Press release]. United Nations; 2015 [bewerkt 16 sept 2015; geraadpleegd 19 sept 2015]. URL: http://www.ohchr.org/EN/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=16431&LangID=E#sthash.TTMfNnJr.dpuf.
  43. Zeid Ra’ad Al Hussein. Statement by UN High Commissioner at opening of the thirtieth session of Human Rights Council: United Nations; 2015 [bewerkt 30 september; geraadpleegd 3 oktober 2015]. URL: http://www.unog.ch/unog/website/news_media.nsf/(httpNewsByYear_en)/A6E1EE722FB13A46C1257EC00035556B?OpenDocument.

Laatst gewijzigd op 17 januari 2024 door Miriam van der Have

Beeld: Beeld: istockphoto.com/aquatarkus (duiven) en istockphoto.com/jjayo (vissen)

Separator: start positie