HOOFDSTUK 4
De plaats van intersekse binnen LHBTI
Hoewel geslachtskenmerken verschillen van seksuele oriëntatie en genderidentiteit, versterkt de toevoeging van intersekse aan lhbtq+ de zichtbaarheid en erkenning van seksediversiteit. Het is daarbij noodzakelijk dat organisaties in beleid inhoudelijke betekenis geven aan de ‘i’ en samenwerken met de intersekse gemeenschap.
Lhbt of Lhbti?
Seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geslachtskenmerken zijn niet hetzelfde. Maar ieder mens heeft wel met alle drie te maken.
Alle drie hebben ze ook te maken met hoe de maatschappij denkt over mannen en vrouwen en hoe wij het leven en onszelf ervaren: op wie word je verliefd? Voel je je een man of een vrouw of misschien meer daar tussenin? Heb je het lichaam van een man of een vrouw? De taal die hiervoor gebruikt wordt is op dit moment nog heel binair: Je bent óf man of vrouw. Je wordt verliefd op mannen en/ of op vrouwen. Terwijl genderidentiteiten en seksuele oriëntatie ook buiten deze binaire kaders kunnen vallen. In het Engels wordt voor hiervoor de afkorting SOGIESC gebruikt. Dit betekent Sexual Orientation, Gender Identity and Expression and Sex Characteristics. In het Nederlands kom het neer op seksuele oriëntatie, genderidentiteit en -expressie, en geslachtskenmerken. Er zijn geen absolute definities voor een man of voor een vrouw te formuleren, ook al wordt dat vaak gedacht. Daarom hebben mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender (LHBT’s) zijn veel onderwerpen waarop zij met interseke personen kunnen samenwerken. Intersekse personen voldoen net als LHBT’s niet aan de heersende normatieve definities van man en vrouw. En net als LHBT personen hebben ook zij last van stigmatisering, schaamte en gevoeligheden rondom (zelf)acceptatie, relatievorming, seksualiteit en het wel of niet krijgen van kinderen. Het lijkt daarom logisch de I toe te voegen aan LHBT. Op een aantal van de hiervóór genoemde punten liggen er patronen en vooroordelen die zij samen kunnen bestrijden.
De meeste intersekse mensen die zich niet als LHBT identificeren, kijken met bewondering naar de emancipatie van de LHBT’s. Intersekse personen voelen zich niet vanzelfsprekend verbonden met lhb en t[1 , 2]. Andersom is dat net zo. Dat hoeft natuurlijk ook niet. Lhbtiq+-personen en organisaties werken samen waar dit kan en nodig is, maar er zijn ook afzonderlijke organisaties, omdat de achterban bestaat uit verschillende, zeer gevarieerde groepen, die specifieke aandacht nodig hebben.
De I in LHBTI
Ook al zijn er grote verschillen tussen de groepen, de I toevoegen kan wel bijdragen aan erkenning en zichtbaarheid. Meer informatie over en aandacht voor intersekse kan leiden tot meer emancipatie en begrip. Maar achteloos of onjuist lhbtiq+-beleid voeren zonder dat het daadwerkelijk over intersekse gaat, werkt marginaliserend of roept vragen op. Kortom, het hangt van het thema en de context af welke lettercombinatie (lhb, lhbt, lhbti, lhbtiq enzovoort) passender is. Voor gemeenten en organisaties is het belangrijk om hier bewust een keuze in te maken en vóór het toevoegen van intersekse contact te zoeken met de betreffende belangenorganisaties.
Hoe zit dat in beleid?
Op internationaal gebied zijn er overkoepelende lhbti-organisaties, waar ook inhoudelijk aandacht wordt besteed aan intersekse. Deze organisaties werken nauw samen met de interseksegemeenschap. De wereldwijd opererende koepel voor lhbti-organisaties, ILGA World1ILGA World is de wereldwijde federatie van 1977 nationale en lokale organisaties in 169 landen die zich inzetten voor gelijke rechten van lhbti-personen. ILGA World heeft een consultatieve status bij de Ecosoc Raad van de Verenigde Naties. ILGA World is gevestigd in Genève, Zwitserland. werkt samen met intersekse organisaties aan belangenbehartiging bij o.a. de Verenigde Naties en het Europees Parlement. De Europese jongerenorganisatie IGLYO2Met 117 lidorganisaties in 41 lidstaten van de Raad van Europe is IGLYO het grootste lhbt-netwerk voor jongeren en studenten. IGLYO is gevestigd in Brussel, België. verzorgt samen met intersekseorganisatie OII Europe 3Organisation Intersex International Europe is de Europese netwerkorganisatie waarbinnen 31 Europese intersekseorganisaties samenwerken. OII Europe is gevestigd in Berlijn, Duitsland. cursussen voor lhbtq+-organisaties die intersekse-inclusief willen werken. NNID, Nederlandse organisatie voor seksediversiteit, werkt nauw samen met Nederlandse lhbtiq+-organisaties. Maar ze zien ook dwarsverbanden met het feminisme en mensen met een beperking. Nederlandse organisaties als COC Nederland, Transgender Netwerk, Bi+ Nederland, Rutgers en Movisie werken op relevante thema’s samen met NNID. Het uitgangspunt hierbij is dat intersekse alleen wordt toegevoegd als er ook inhoudelijk invulling aan gegeven kan worden. De Nederlandse regering heeft in 2017 intersekse toegevoegd aan het emancipatiebeleid. Zie de publicatie Misvattingen over intersekse voor meer informatie:
- 88: Sekse is een spectrum, geen dichotomie.Het is een misvatting dat sekse een dichotomie is.2929: De meeste intersekse mensen zijn man of vrouw.Het is een misvatting dat intersekse mensen geen man of vrouw kunnen zijn.9797: Sekse is, net als gender, een sociale constructie.Het is een misvatting dat sekse niet sociaal geconstrueerd is. over de definities van man, vrouw, en sekse,
- 112112: Door samen te werken in lhbtiq+ verband worden sneller resultaten bereikt, die ook beter geborgd zijn in de maatschappij.Het is een misvatting dat de i niet in lhbtiq+ thuishoort.113113: Samenwerking binnen de lhbtiq+ organisaties leidt tot een snellere en beter geborgde emancipatie van intersekse personen.Het is een misvatting dat de samenwerking van lhbtq+ en i niet leidt tot emancipatie van intersekse personen.114114: Samenwerking met andere organisaties is nuttig en noodzakelijk.Het is een misvatting dat de i alleen onderdeel van lhbtiq+ organisaties kan zijn.115115: De interseksegemeenschap kan alleen worden vertegenwoordigd door mensen uit de gemeenschap zelf.Het is een misvatting dat andere groepen voor de interseksegemeenschap kunnen spreken. over de plaats van de i in lhbtiq+, en
- 1414: Intersekse komt niet voort uit ‘identiteitsdenken’ of ‘identiteitspolitiek’.Het is een misvatting dat intersekse voortkomt uit ‘identiteitsdenken’ of ‘identiteitspolitiek’. over de vraag of intersekse een identiteit is.
Integratie vs inclusie
Standpunt NNID
Titel
Tekst.
Wat mensen zeggen
Ontmenselijkt worden
[Intersekse] Mensen […] kunnen zich identificeren met de ‘l’, de ‘h’, de ‘b’ of de ‘t’ omdat ze de pijn van het ontmenselijkt worden herkennen. Het is de behoefte aan emancipatie en sociale inclusie die zij met de lhbtq+-beweging delen..[a]
— Miriam van der Have, Directeur NNID – 21 juli 2016
De plaats van intersekse binnen LHBTI
Hoewel geslachtskenmerken verschillen van seksuele oriëntatie en genderidentiteit, versterkt de toevoeging van intersekse aan lhbtq+ de zichtbaarheid en erkenning van seksediversiteit. Het is daarbij noodzakelijk dat organisaties in beleid inhoudelijke betekenis geven aan de ‘i’ en samenwerken met de intersekse gemeenschap.
Lhbt of Lhbti?
Seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geslachtskenmerken zijn niet hetzelfde. Maar ieder mens heeft wel met alle drie te maken.
Alle drie hebben ze ook te maken met hoe de maatschappij denkt over mannen en vrouwen en hoe wij het leven en onszelf ervaren. Op wie word je verliefd? Voel je je een man of een vrouw of misschien meer daar tussenin? Heb je het lichaam van een man of een vrouw? De taal die hiervoor gebruikt wordt is op dit moment nog heel binair. Je bent man óf vrouw. Je wordt verliefd op mannen en/ of op vrouwen. Terwijl genderidentiteiten en seksuele oriëntatie ook buiten deze binaire kaders kunnen vallen. In het Engels wordt voor hiervoor de afkorting SOGIESC gebruikt. Dit betekent Sexual Orientation, Gender Identity and Expression and Sex Characteristics. In het Nederlands komt het neer op seksuele oriëntatie, genderidentiteit en -expressie, en geslachtskenmerken. Er zijn geen absolute definities voor een man of voor een vrouw te formuleren, ook al wordt dat vaak gedacht. Daarom hebben mensen lhbt-personen, dat zijn mensen die lesbisch, homoseksueel, biseksueel of transgender zijn, veel onderwerpen waarop zij met intersekse personen kunnen samenwerken. Intersekse personen voldoen net als LHBT-personens niet aan de heersende normatieve definities van man en vrouw. En net als zij personen hebben intersekse personen last van stigmatisering, schaamte en gevoeligheden rondom zelfacceptatie, relatievorming, seksualiteit en het wel of niet krijgen van kinderen. Het lijkt daarom logisch de I toe te voegen aan LHBT. Op een aantal van de hiervóór genoemde punten liggen er patronen en vooroordelen die zij samen kunnen bestrijden.
De meeste intersekse mensen die zich niet als LHBT identificeren, kijken met bewondering naar de emancipatie van de LHBT-personen. Intersekse personen voelen zich niet vanzelfsprekend verbonden met lhb en t. Andersom is dat net zo. Dat hoeft natuurlijk ook niet. Lhbtiq+-personen en organisaties werken samen waar dit kan en nodig is, maar er zijn ook afzonderlijke organisaties, omdat de achterban bestaat uit verschillende, zeer gevarieerde groepen, die specifieke aandacht nodig hebben.
De I in LHBTI
Ook al zijn er grote verschillen tussen de groepen, de I toevoegen kan wel bijdragen aan erkenning en zichtbaarheid. Meer informatie over en aandacht voor intersekse kan leiden tot meer emancipatie en begrip. Maar achteloos of onjuist lhbtiq+-beleid voeren zonder dat het daadwerkelijk over intersekse gaat, werkt marginaliserend of roept vragen op. Kortom, het hangt van het thema en de context af welke lettercombinatie, bijvooorbeeld lhb, lhbt, lhbti, lhbtiq enzovoort, passend is. Voor gemeenten en organisaties is het belangrijk om hier bewust een keuze in te maken en vóórdat intersekse wordt toegevoegd, contact te zoeken met de betreffende belangenorganisaties.
Hoe zit dat in beleid?
Op internationaal gebied zijn er overkoepelende lhbti-organisaties, waar ook inhoudelijk aandacht wordt besteed aan intersekse. Deze organisaties werken nauw samen met de interseksegemeenschap. De wereldwijd opererende koepel voor lhbti-organisaties, ILGA World werkt samen met intersekse organisaties aan belangenbehartiging bij o.a. de Verenigde Naties en het Europees Parlement. De Europese jongerenorganisatie IGLYO verzorgt samen met intersekse-organisatie OII Europe cursussen voor lhbtq+-organisaties die intersekse-inclusief willen werken. NNID, Nederlandse organisatie voor seksediversiteit, werkt nauw samen met Nederlandse lhbtiq+-organisaties. Maar ze zien ook dwarsverbanden met het feminisme en mensen met een beperking. Nederlandse organisaties als COC Nederland, Transgender Netwerk, Bi+ Nederland, Rutgers en Movisie werken op relevante thema’s samen met NNID. Het uitgangspunt hierbij is dat intersekse alleen wordt toegevoegd als daaraan ook inhoudelijk invulling kan worden gegeven. De Nederlandse regering heeft in 2017 intersekse toegevoegd aan het emancipatiebeleid. Zie de publicatie Misvattingen over intersekse voor meer informatie:
- over de definities van man, vrouw, en sekse,
- over de plaats van de i in lhbtiq+, en
- over de vraag of intersekse een identiteit is.
Integratie versus inclusie
Verschil tussen uitsluiting, segregatie, integratie, en inclussie.
De internationale intersekseorganisaties richten zich op inclusie van intersekse in de maatschappij. Dit vraagt een andere aanpak dan integratie. Het verschil zit vooral in de richting waarin het beleid wordt ontwikkeld. Bij integratie past een persoon zich aan om te kunnen functioneren in de maatschappij. Bij inclusie pas je de maatschappij aan zodat de persoon zichzelf kan blijven. Deze twee soorten beleid leiden tot een geheel ander resultaat.
Huidige situatie
Intersekse bevindt zich op dit moment tussen segregatie en integratie: de patiëntenorganisaties zijn gedeeltelijk zichtbaar geworden in de maatschappij en er is een belangenorganisatie opgericht die zich bezighoudt met emancipatie en mensenrechten. Het risico van integratie is dat de groep een afzonderlijke groep binnen de samenleving blijft.