Een drukke straat in de late middag, verlicht door een gouden zonsondergang. De silhouetten van talloze mensen bewegen in beide richtingen, hun gezichten zijn in schaduw. De zachte gloed geeft een warme en levendige sfeer aan de scene.10 keer
vraag &
antwoord
intersekse#0Inhoudsopgave10 keer
vraag &
antwoord

Samenvatting voor de gehele publicatie 10 keer vraag en antwoord over intersekse:

  1. Definitie en ervaring van intersekse: Intersekse verwijst naar de ervaringen van mensen die geboren zijn met een lichaam dat niet past binnen de normatieve definities van man en vrouw. Intersekse gaat niét over seksuele oriëntatie of genderidentiteit.
  2. Aantal intersekse personen: Afhankelijk van de gehanteerde definities en onderzoeksmethoden, is tussen de 0,5% en 1,7% van de bevolking intersekse. Op basis van Deens onderzoek uit 2019 is het aannemelijk dat 1,1% van de mensen intersekse is.
  3. Medische visie op intersekse: Intersekse personen worden sinds 70 jaar door gezondheidswerkers ‘genormaliseerd’ naar man of vrouw, vaak zonder hun toestemming. De door intersekse mensen gevraagde benadering gaat uit van de-medicalisering, waarbij de focus ligt op noodzakelijke zorg in plaats van normalisatie.
  4. Inclusie van intersekse in lhbti: Intersekse personen delen bepaalde ervaringen met lhbt-personen, zoals stigma en discriminatie. Echter, hun inclusie in lhbt(i)-gemeenschappen is niet altijd vanzelfsprekend of eenduidig.
  5. Situatie in Nederland: Onderzoek naar intersekse in Nederland is nog relatief nieuw. Er is een trend weg van ‘normaliserende’ operaties en een beweging naar meer openheid en begrip, maar er is nog steeds een behoefte aan meer onderzoek en bewustwording.
  6. Onzichtbaarheid van intersekse: Veel intersekse personen zijn onzichtbaar vanwege een maatschappelijk taboe en eerdere medische adviezen om hun intersekse status te verbergen. Deze onzichtbaarheid draagt bij aan schaamte, stigma en sociale uitdagingen.
  7. Wettelijke bescherming: In Nederland is recent wetgeving aangenomen die de rechten van intersekse personen versterkt, maar er is nog geen specifieke wetgeving die non-consensuele niet-noodzakelijke medische behandelingen verbiedt.
  8. Rol van gemeenten: Gemeenten kunnen intersekse inclusie bevorderen door samen te werken met belangenorganisaties, bewustzijn te vergroten, en aandacht te besteden aan intersekse in beleid en dienstverlening.
  9. Rol van sociale professionals: Professionals kunnen helpen door zich te informeren over intersekse, signalen te herkennen, en intersekse personen te ondersteunen in verschillende levensfasen.
  10. Tips voor zorg en welzijn: Ga ervan uit dat er intersekse cliënten kunnen zijn, respecteer hun privacy, en biedt doorverwijzingen naar relevante organisaties voor ondersteuning en gemeenschapsvorming.


Samengevat met AI en gecontroleerd door een redacteur.

INHOUDSOPGAVE

10 Keer Vraag en Anwoord over intersekse

10 Keer Vraag en Antwoord over Intersekse is een handreiking voor sociaal professionals die is samengesteld door NNID en Movisie. In 2024 is de derde versie van deze publicatie uitgebracht. Deze versie is gebaseerd op de snelle ontwikkelingen binnen de emancipatie van intersekse personen en op nieuw onderzoek dat een betere onderbouwing van argumenten heeft opgeleverd.

10 keer vraag en antwoord over intersekse (2024)

Er zijn ongeveer 190.000 intersekse personen in Nederland – dat zijn meer mensen dan in Breda wonen. Zij zijn geboren met een lichaam dat niet helemaal overeenkomt met het heersende beeld van man of vrouw. Denk aan geslachtskenmerken, chromosomen en/of genen of de hormoonbalans. De meesten van hen voelen zich óf man óf vrouw en presenteren zich ook zo. In het dagelijks leven is er meestal niets aan hen te zien. Door de schaamte en het taboe dat erop rust zullen ze het vaak niet vertellen. Hierdoor is intersekse nagenoeg onzichtbaar. Deze handreiking beantwoordt 10 vragen over intersekse en wat je als sociaal professional voor intersekse personen kunt doen.

Dit is de derde versie van 10 keer vraag en antwoord over intersekse. De publicatie verscheen in 2016 voor het eerst en werd in 2020 bijgewerkt.

Intersekse verwijst naar mensen met lichaamskenmerken die niet passen binnen normatieve definities van man of vrouw. Het gaat niet over seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Meestal identificeren intersekse personen zich als man of vrouw en kunnen elke seksuele oriëntatie hebben, variërend van heteroseksueel tot lesbisch, homoseksueel, of biseksueel.

Deens onderzoek uit 2019 laat zien dat 1,1% is van de bevolking voldoet aan de definitie van intersekse. In Nederland komt dit neer op ongeveer 190.000 personen en in België op ongeveer 126.000 personen. Een ander vaak genoemd percentage is 1,7%, wat in Nederland ongeveer 289.000 personen zou betreffen. Het Sociaal Cultureel Planbureau stelt dat ongeveer 1 op de 200 mensen (0,5%) intersekse is, maar dit percentage is gebaseerd op een beperkt aantal medische diagnoses en houden geen rekening met mensen die geen medische diagnose hebben gekregen. Het cijfer van 1 op 4500 kinderen verwijst specifiek naar kinderen die operaties aan hun genitaliën hebben ondergaan.

De medische benadering (DSD) wordt gekenmerkt door stigmatisering, een gebrek aan zelfbeschikking. De mensenrechtenbenadering (intersekse) vraagt op de-medicalisering. Daarnaast is sekse bij dsd een dichotomie, terwijl het bij intersekse als een spectrum wordt beschouwd.

Hoewel geslachtskenmerken verschillen van seksuele oriëntatie en genderidentiteit, versterkt de toevoeging van intersekse aan lhbtq+ de zichtbaarheid en erkenning van seksediversiteit. Het is daarbij noodzakelijk dat organisaties in beleid  inhoudelijke betekenis geven aan de ‘i’ en samenwerken met de intersekse gemeenschap.

Ondanks dat ook gezondheidswerken zeggen dat zij streven naar minder normaliserende operaties bij intersekse kinderen, vinden non-consensuele niet-noodzakelijke medische behandelingen nog steeds plaats. Recent EU-onderzoek toont dat Intersekse personen vaker discriminatie en armoede ervaren. Er is dringend behoefte aan verbetering van de maatschappelijke acceptatie en de financiële situatie van intersekse personen.

Intersekse personen kampen met onzichtbaarheid en een maatschappelijk taboe op niet-normatieve lichamen, wat leidt tot geheimhouding en soms ongeïnformeerde medische ingrepen. De daaruit voortvloeiende minderheidsstress, vergelijkbaar met ervaringen binnen de LHBTI-gemeenschap, kan leiden tot psychische gezondheidsproblemen en beïnvloedt het maatschappelijk functioneren van intersekse individuen.

De Algemene wet gelijke behandeling (Awgb) biedt mogelijkheden om discriminatie op grond van geslachtskenmerken tegen te gaan en bevordert daarmee de emancipatie van intersekse personen. Op dit moment ontbreekt specifieke wetgeving die non-consensuele niet-noodzakelijk medische behandelingen bij intersekse kinderen verbiedt. Inclusieve terminologie in beleid en regelgeving, zoals de term ‘geslachtskenmerken’, draagt bij aan de zichtbaarheid van en begrip voor seksediversiteit in de samenleving.

Nederlandse gemeenten hebben een belangrijke rol in de ontwikkeling van anti-discriminatiebeleid. Steeds meer steden ontwikkelen inclusief beleid gericht op het bevorderen van de acceptatie van seksediversiteit en de zichtbaarheid van interseksepersonen. Dit gebeurt o.a. door samenwerking met NNID en het ondertekenen van de Nederlandse Intersekse Verklaring.

Sociale professionals kunnen een belangrijke rol spelen in het ondersteunen van intersekse personen door het volgen van specialistische trainingen, alert zijn op minderheidsstress, en aansturen op inclusief onderwijs en beleid. Bijzondere aandacht is vereist voor intersekse ouderen met een verleden van ingrijpende medische behandelingen en voor intersekse jongeren die vaak onzichtbaar lijken te zijn. Dit hoofdstuk geeft concrete tips voor sociale professionals.

10 keer vraag en antwoord over intersekse is een goed startpunt voor sociale professionals die te maken krijgen met intersekse. In de praktijk zal meer informatie nodig zijn. In hoofdstuk 10 staan verwijzingen naar ander publicaties en andere websites.

Wat is nieuw in deze versie?

Taal: De emancipatie van intersekse personen en de visie op hun (mensen)rechten ontwikkelen zich razendsnel. Daar gaat samen met veranderingen in de taal.

Argumenten: De afgelopen jaren is veel nieuw onderzoek verricht. Daardoor  kunnen standpunten van de interseksegemeenschap beter met argumenten worden onderbouwd.

Verwijzingen: Om te voorkomen dat deze publicatie onleesbaar lang wordt, zijn links naar Misvattingen over intersekse opgenomen; 11: Definitie van intersekse.Het is een misvatting dat onduidelijk is wat intersekse is. is bijvoorbeeld een link naar hoofdstuk 1 van Misvattingen over intersekse. Ook is extra informatie opgenomen in uitklapbare vensters:1De groene bolletjes zijn te vergelijken met voetnoten..

Luisteren: Om deze website beter toegankelijk te maken is de basistekst van ieder hoofdstuk (dat is de tekst zonder de groene bolletjes en links naar andere documenten) ook als audiobestand beschikbaar.

PDF-versie

Op dit moment is alleen een PDF-bestand beschikbaar van de versie uit 2020. Dat bestand kan worden gedownload via het PDF-ikoon rechtsbovenaan op iedere webpagina of door hier te klikken.

Standpunt NNID

Titel

Tekst.

Wat mensen zeggen


  • KOP
    Citaal.[a]
    — Eva, 24 jaar – 2023
Letterlijk citaat mensenrechtenparadigma
Letterlijk citaat Medisch paradigma
Uitspraak/aanbeveling/citaat mensenrechten institutie of – authoriteit
Citaat van boek  of (peer-reviewed) artikel, niet aan één auteur toe te wijzen,
ongeacht het paradigma
  1. Blackless M, Charuvastra A, Derrijck A, Fausto-Sterling A, Lauzanne K, Lee E. How Sexually Dimorphic Are We? Review and Synthesis. American Journal of Human Biology. 2000;12:151-166. https://doi.org/10.1002/(SICI)1520-6300(200003/04)12:2<151::AID-AJHB1>3.0.CO;2-F
  2. Committee against Torture and Other Cruel, Inhuman or Degrading Treatment or Punishment. Concluding observations on the seventh periodic report of the Netherlands*. CAT/C/NLD/CO/7. United Nations, 18 december 2018.
  3. van Ditzhuijzen J, Motmans J. Kennis en opvattingen over intersekse: Een nulmeting in Nederland en Vlaanderen. Rutgers & UZ Gent, november 2020.
  4. Emmen M, Addink A, Felten H. Jong en Anders – Onderzoek naar aandacht voor lesbische, homo- en bi-jongeren, transgenderjongeren en jongeren met een intersekse conditie (LHBTi) in jeugdwelzijn, jeugdzorg en jeugd-(L)VB. Nederlands Jeugdinstituut /Movisie, 2014.
  5. European Commision Directorat-General for Communication. Special Eurobarometer 493: Discriminition in the European Union. European Commission, Directorat-General for Justice and Consumers, May 2019 2019. Rapport Nr. DS-03-19-690-EN-N. ISBN 978-92-76-11049-1. https://doi.org/10.2838/5155
  6. European Union Agency for Fundamental Rights. EU-LGBTI II: A long way to go for LGBTI equality. Luxembourg: European Union Agency for Fundamental Rights (FRA), 2020. Rapport Nr. TK-02-20-297-EN-N. ISBN 978-92-9474-968-0. https://doi.org/10.2811/348583
  7. Falhammar H, Claahsen-van der Grinten HL, Reisch N, Slowikowska-Hilczer J, Nordenstrom A, Roehle R, et al. Health status in 1040 adults with disorders of sex development (DSD): a European multicenter study. Endocrine Connections. 2018. https://doi.org/10.1530/ec-18-0031
  8. Frisch M, Moseholm E, Andersson M, Bernhard Andresen J, Graugaard C. Sex i Danmark, Nøgletal fra Projekt SEXUS 2017-2018 (Sex in Denmark. Key findings from Project SEXUS 2017-2018). Aalborg, Denmark: State Serum Institute (Department of Epidemiological Research), 28 oktober 2019. ISBN 978-87-971732-0-6.
  9. van Heesch MA. Ze wisten niet of ik een jongen of meisje was: kennis, keuze en geslachtsvariaties – Over het leven met en kennen van intersekse condities in Nederland [Proefschrift]. Vossiuspers, Amsterdam, Nederland: Universiteit van Amsterdam; 2015. ISBN: 978 90 562 97640
  10. Hughes IA, Houk C, Ahmed SF, Lee PA, Lwpes Consensus Group, Espe Consensus Group. Consensus statement on management of intersex disorders. Arch Dis Child. 2006;91(7):554-563. https://doi.org/10.1136/adc.2006.098319
  11. Jones T, Hart B, Carpenter M, Ansara G, Leonard W, Lucke J. Intersex: Stories and Statistics from Australia: Open Book Publishers; 2016.
  12. Keuzenkamp S. Worden wie je bent: het leven van transgenders in Nederland: Sociaal Cultureel Planbureau; 2012 11/17. 114 p. ISBN: 978 90 377 0625 3
  13. Lee PA, Houk CP, Ahmed SF, Hughes IA. Consensus statement on management of intersex disorders. Pediatrics. 2006;118(2):e488-e500. https://doi.org/10.1542/peds.2006-0738
  14. Leemrijse C, Dulmen Sv. Genitale operaties bij kinderen met DSD jonger dan 12 jaar. Utrecht, Nederland: Nivel, Oktober 2022. ISBN 978-94-6122-769-0.
  15. van Lisdonk J. Leven met intersekse/DSD – Een verkennend onderzoek naar de leefsituatie van personen met intersekse/DSD. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, 18 juni 2014 2014. Rapport Nr. 2014-15. ISBN 978 90 377 0705 2.
  16. van Lisdonk J. Living with Intersex/DSD: An exploratory study of the social situation of persons with intersex/dsd. The Hague, the Netherlands: Netherlands Institute for Social Research, 25 August 2014 2014. Rapport Nr. 2014-23. ISBN 978 90 377 0717 5.
  17. Subramaniam R, Szymanski K, Springer A, Cheng E, Rink R, Wolffenbuttel K, Hoebeke P. ESPU – SPU Consensus statement 2020: Management of Differences of Sex development (DSD), [Website]. ESPU | European Society for Paediatric Urology; 2020 [geraadpleegd 28 december 2023]. URL: https://www.espu.org/members/documents/383-espu-spu-consensus-statement-2020-management-of-differences-of-sex-development-dsd.
  18. Thyen U, Lanz K, Holterhus P-M, Hiort O. Epidemiology and initial management of ambiguous genitalia at birth in Germany. Hormone Research in Paediatrics. 2006;66(4):195-203. https://doi.org/10.1159/000094782

10 keer vraag en antwoord over intersekse is een co-productie van Movisie en Stichting NNID.

Intersekse: 10 keer Vraag & Antwoord is een co-productie van Movisie en Stichting NNID

Deze publicatie is een update van de uitgaves uit 2016 en 2020.

Auteurs 2024:
Miriam van der Have en Mir Abe Marinus

Auteurs 2020:
Ceronne Kastelein (Movisie), Bente Keulen (NNID), Annelies Tukker (NNID) en Miriam van der Have (NNID)

Auteurs 2016:
Juul van Hoof (Movisie) en Miriam van der Have (NNID)

Met dank aan:
Bouko Bakker (Rutgers), Jeannette van Borselen (Ministerie van OCW) en Margriet van Heesch (UvA)

Deze publicatie is mogelijk gemaakt door financiering van het ministerie van OCW.

Laatst gewijzigd op 29 januari 2024 door Miriam van der Have